Brillen en beeldspraak
Als we naar de toepassing van modellen kijken, dan is een woord van waarschuwing op z’n plaats. Bekend is (Thorngate, Weick) dat een model of theorie onmogelijk tegelijkertijd algemeen geldend, accuraat en eenvoudig kan zijn.
Eenvoud en complexiteit
Het feit is echter dat mensen (ook wetenschappers) meestal geneigd zijn om te kiezen voor eenvoud en niet voor complexiteit. Ze zoeken naar mogelijkheden om complexiteit en diversiteit te reduceren. Ze reduceren de diversiteit van klanten tot een bepaald aantal klant-segmenten, stroomlijnen ingewikkelde productieprocessen tot een eenvoudige keten en reduceren de structuur van een organisatie tot een Powerpoint plaatje.
Complexiteit roept allerlei associaties op met iets wat moeilijk is, met veel complicaties en met een gebrek aan controle. De angst voor en de weerzin tegen complexiteit heeft meer te maken met hoe we complexiteit ervaren. We zouden kunnen stellen dat deze reacties ontstaan omdat we niet beschikken over de modellen en concepten om de eenvoudige principes achter de complexiteit waar te nemen.
Organisaties gaan er expliciet vanuit dat complexe verschijnselen ook complexe oorzaken hebben. En daar zit de kern van het probleem, want we kunnen niet goed omgaan met complexe zaken. De afgelopen decennia is de wetenschap evenwel steeds beter gaan begrijpen hoe eenvoudige principes ook kunnen leiden tot complexe verschijnselen en hoe orde kan ontstaan in complexiteit.
En juist met de modellen willen we teruggaan naar de eenvoudige principes of de kern achter de verschijnselen. Het gaat erom – al doende en onderzoekende – met de juiste modellen de complexiteit van organisaties en van verschijnselen ‘te lijf te gaan’ om de eenvoud te ‘achterhalen’. En om het benodigde inzicht en overzicht te verkrijgen in de materie en de situatie om daarna handelend te kunnen optreden.
Modellen
Modellen zijn voor mij brillen waarmee je naar de werkelijkheid kunt kijken. Met een technische bril kijk je naar de gebruikte technologieën en technieken. Met een financiële bril naar de geldstromen. Met een sociale bril naar de (groepen) mensen en hun interacties. Met een politieke bril naar de machtsverhoudingen, etc.
Het meest populair bij de modellen zijn de driehoek, het x- en y-as model, het kwadrant (Harvard model, SWOT, BCG matrix), cirkel modellen (coördinaten systeem en levenscyclus Mintzberg, PCDA cirkel, HRM cyclus, Kaizen, ITIL), de spin-modellen (7 S’en, Bell-Mason, Concurrerend Waardemodel), en, in de ISO sfeer, de driedimensionale modellen (COSO, CoBIT kubus).
Tegenwoordig worden steeds meer de grafische schema’s (Waardeketen, EFQM, Osterwalder) en het canvas model (Blue Ocean, Wardley) gebruikt om onderzoeksresultaten te duiden.
Voor de control-freaks zijn er natuurlijk altijd nog de checklisten (DESTEP analyse, Kenniskaart), de Excel sheets (Dupont analyse, Kosten-Baten overzichten) en de schematische figuren (Balanced Score card, Ishikawa, SERVQUAL).
Brillen
De bril is een uitermate geschikte wijze om te analyseren, maar niet het meest geschikt om een totaalbeeld te scheppen of een boodschap over te brengen.
Wanneer we bijvoorbeeld een plant analyseren in haar verschillende onderdelen, dan is het wel duidelijk dat deze laatste slechts elementen van de totaalcompositie, de plant, zijn. Doch de plant begint zich bij het ontleden aan ons blikveld te onttrekken. De in haar onderdelen ontlede plant, die voor ons ligt, geeft het beeld van de plant, zoals die oorspronkelijk was, niet meer weer. De plant als totaalcompositie is in het ontleed-proces geheel verdwenen.
Met een vrouw als concertpianiste is mij in het begin al heel snel duidelijk gemaakt: “C’est le ton qui fait la music”. Zeker als ik het er ergens niet over eens was of iets veranderd wilde hebben, speelde de toon waarop ik iets meedeelde heel duidelijk mee. Het ongenoegen of de ergernis klonk onderdoor kennelijk luid en duidelijk door.Heel anders was dat als ik ergens een verbeter-mogelijkheid zag of iets nieuws wilde. Dan was de toon ook luid en duidelijk maar bepaald ondersteunend en stimulerend. Ze was meer geneigd tot medewerking…
Etiketteren
Als we op een bepaalde situatie of een voorval / gebeurtenis een woord plakken en het op een bepaalde manier benoemen, heet dat in de wandelgangen etiketteren. Bij heftige situaties, zoals een roofoverval, is gebleken dat de aanwezigen waarschijnlijk wel hetzelfde hebben gezien maar dit verschillend benoemden. Ergo, we kunnen naar hetzelfde kijken en dit toch verschillend benoemen. Het meest bekende voorbeeld is waarschijnlijk het half-lege glas of het half-volle glas wijn…
Andersom geldt ook dat, als er ergens al een etiket op zit, dit niet betekent dat we er hetzelfde onder verstaan of hetzelfde er onder begrijpen. Het simpele zinnetje “Ik hou van jou”, kan verschillende betekenissen hebben. Naar hun kinderen toe zullen ouders waarschijnlijk iets anders bedoelen dan naar hun geliefde…
En dan is er natuurlijk ook de wijze waarop iets gezegd wordt. Mij werd dat duidelijk in een conversatie met Engelsen, waarbij in de lounge de groep verbaal gevangen werd gehouden door een wetenschapper die het kennelijk belangrijk vond zijn idee over een bepaald onderwerp luid en duidelijk te verkondigen. Eén Engelsman onderbrak hem vriendelijk maar beslist met een ”Interesting!” om vervolgens een vraag aan de vrouw naast de wetenschapper te stellen over hoe zij over het onderwerp dacht. De ondertitel met een “Fuck off” had niet duidelijke kunnen zijn…
Beeldspraak
Om een analyse te plegen kunnen modellen goed werk verrichten. Om evenwel een totaalbeeld of een boodschap over te brengen zijn tools als een beeldspraak – gezegdes, ‘images’, sagen, spreuken, dichtregels – en verschillende soorten visuals – zoals schetsen, cartoons, ‘geschilderde’ plaatjes, foto’s, video’s – meer geschikt. Communiceerden de eerste mensen niet in beeldtaal? De vele grottekeningen wijzen daarop. Wellicht zijn we in de vaart der volkeren deze wijze van ‘spreken’ met elkaar kwijt geraakt en is een revival op z’n plaats. In de huidige wetenschappelijke – en digitale – wereld zou dat een ware ommekeer zijn!
De Chinese talen
China kent verschillende talen. Het Chinees is te beschouwen als een macrotaal, die wordt gesproken door vele miljarden mensen, niet alleen in China, Taiwan, Singapore, maar ook in andere landen van het Verre Oosten.
De standaardtaal is gebaseerd op het Beijinghua, het Pekingdialect van het Mandarijn, de grootste van de Chinese talen. De verschillende Chinese talen zijn zogenaamde tonale talen, waarbij de verandering van de toon van een woord de betekenis van dat woord geheel kan veranderen.
Deze tonen kunnen ertoe leiden dat één lettergreep – bijvoorbeeld “ma” – vijf verschillende betekenissen kan hebben, al naargelang de toon waarop het uitgesproken wordt. Hieruit mag men niet afleiden dat één toon ook maar één betekenis kan hebben, integendeel. Zo heeft “ma” – naast de betekenis van “paard” – nog minstens zeven andere courante betekenissen.
Vanzelfsprekend wordt voor elke betekenis wel een ander karakter gehanteerd. Zo betekent bijvoorbeeld “ma” niet alleen “moeder”, maar ook “vegen”, “schemering”, “aanspreektitel voor een oudere dame”, enz. Chinezen maken dan uit de toonhoogte én uit de context op over welke “ma” het precies gaat.
Een in het Chinese schrift geschreven tekst – met karakters – is gelukkig voor elke geletterde Chinees te begrijpen.
Visuele tools
In de hedendaagse, digitale wereld zijn de visuele tools niet meer weg te denken. Het internet heeft daar, als voornaamste ‘drager, haar steentje aan bijgedragen. De vele YouTube filmpjes, games, websites en makkelijk te downloaden films zijn daar debet aan. Het is inmiddels de verkozen en geaccepteerde wijze om een bepaald beeld of specifieke boodschap – visueel én mondeling dus – over te brengen.
Reden te meer om eens nader te onderzoeken of en hoe – op een erkend didactische wijze – bepaalde leerstof is over te brengen, Hoe gerichte, specifieke analyses, analyse-resultaten en de uiteindelijke conclusies beeldend, betekenisvol en gevoelvol overgebracht kunnen worden naar de onderzochte partij. Tekst en cijfers inspireren immers niet tot actie, dat is inmiddels wel doorgedrongen tot wetenschappers -…
Design-geörienteerde bedrijven en creatieve mensen zoals The Grove, Kim & Mauborgne, Board of Innovation, De Bono, Osterwalder en Wardley, SqEME maar ook de Design Thinking methode en mapping technieken wijzen ons de weg.
Hier past wel een spreekwoord: “bijt niet in mijn vinger, maar kijk waarnaar ik wijs..”.