Praten over werk, sex geld en geloof is een tamelijk groot avontuur. Mensen vinden dit heel persoonlijke onderwerpen. Maar het gaat hier niet om deze onderwerpen sec, maar om iets achter deze dingen, een andere dimensie die betrekking heeft op hoe we in het leven staan en naar de dingen kijken.
(bronnen: Trungpa, Sadhguru, Peterson, Human Design)
Goed bezig zijn
Ieder mens heeft, of hij / zij nu spiritueel, religieus, agnost is of niet, te maken met werk. Veel mensen moeten werk zoeken, een baan vinden en werken om geld te verdienen. En misschien komen we erachter dat we onze levens opbouwen rondom sex, meer in het algemeen, rondom relaties, rondom ‘friends with benefits’. De vraag is dan: “zijn we echt goed bezig?”.
Goed bezig zijn heeft, ook spiritueel gezien, direct iets te maken met het gewone, alledaagse leven, de dagelijkse beslommeringen en de maatschappij. We hebben elke dag te maken met de uitdagingen van het gewone leven. Met alledaagse ervaringen rondom werk, sex, geld en geloof. Juist met deze vier issues worstelt de Westerse mens.
We hopen allemaal dat deze vier aspecten een bron van vervulling en plezier in het leven zullen zijn en gelukkig genoeg, vaak zijn ze dat ook. Tegelijkertijd worstelen we in ons leven met de problemen op deze terreinen. En zijn we op zoek naar zinnige adviezen en praktische oplossingen.
Start where you are
“Start with who you are and where you are” (Trungpa / Chödrön). Veel mensen denken dat spiritualiteit iets is dat buiten het gewone leven staat, buiten henzelf. Het leven, de wereld, de maatschappij zijn in die zin ‘heilig’ omdat de meest verheven en diepzinnige zaken zich juist daar afspelen. Binnen een relatie, het gezin, de familie maar ook binnen de kantoormuren en fabrieksruimtes, in de organisaties en de community.
Waar het om gaat is, dat we de maatschappij als een ware werkplaats zien met een duidelijke diepzinnigheid, functionaliteit en heiligheid. We moeten daarbij niet alleen de fundamentele gebeurtenissen zien, maar ook hun fundamentele energie en energetische kwaliteiten. Werk, sex, geld en geloof zijn in wezen de energie-uitlaten van de maatschappij, haar energie-uitstraling en expressie van haar heiligheid.
Spiritualiteit
Werken voor je geld, is in wezen spiritueel. Geld is te beschouwen als ‘bevroren’ energie. De spirituele, mystieke ervaring daarvan ligt in onze leefsituatie. Sex is waarschijnlijk de meest essentiële uitdrukking van menselijke communicatie, omdat waarachtige liefde en hartstochtelijke passie de enige emoties zijn die aan het ego kunnen ontsnappen. En ons geloof is ons ‘heilig’ omdat het ons hoop geeft, hoop op een betere toekomst…
In het Westen is men geneigd te denken dat de maatschappij in grote lijnen functioneert op basis van geven en nemen. Met andere woorden, we hebben de neiging te denken over onze rol in de maatschappij in termen wat van ons gevraagd wordt, wat we te geven hebben, en wat voor voordelen we uit d situatie kunnen halen, wat we kunnen nemen. Een materialistische opvatting, zowel fysiek, psychologisch als spiritueel.
In fysiek opzicht maak je de balans op van jouw leven, wat jouw kennis, talent en kunde is, wat je waard bent in termen van ervaring, fysieke winst of hoeveel geld of leuke dingen je ergens uit kunt halen. En, natuurlijk, hoeveel iets gaat kosten.
Het psychologische aspect is wat subtieler. Het is gebaseerd op competitie en de kunst de ander een slag voor te zijn. Het spirituele aspect komt daar vaak bij kijken in termen van het verkrijgen en verwerven van egocentrische, spirituele of religieuze macht of gelukzaligheid. Alles ter ondersteuning of versterken van het ego. Een ego dat gebaseerd is op wat we denken dat we zijn of willen zijn, niet op wat we in wezen en werkelijk als mens en als uniek persoon zijn.
Vaardig handelen
Waar het bij werk om gaat, bij waarachtig vaardig handelen, is om een direct, een bijna wetenschappelijk en onthecht inzicht in dingen te hebben, zoals ze op dat moment zijn. Zonder projecties op de situatie van het verleden of van de toekomst. Jouw inzicht is als die van een garagist die een auto herstelt. Het gaat er niet om wat er vroeger mis was met de auto of wat er in de toekomst mis zou kunnen gaan. Om de auto nu te repareren, dien je te onderzoeken wat er nu aan de auto mankeert. Sommige onderdelen zijn oud en versleten, sommige onderdelen zijn kapot, sommig kunnen nog even mee. Wat er ook aan de hand is, je gaat uit van de actuele situatie. Daar is vaardig handelen, de situatie spreekt voor jou in plaats dat je er allerlei aanpakken en strategieën op los zou moeten laten. Het gaat er om wat er op dat moment aan de hand is.
Beauty is a crime
“Beauty is a crime”. Schoonheid doet soms onverwachte verlangens in de mens oprijzen, het onbedwingbare verlangen die schoonheid jou eigen te maken. Proberen een ander te bezitten heeft een primitieve, bijna aapachtige kwaliteit. Je wilt iemand bezitten louter om zijn of haar lichamelijke schoonheid. Omdat hij of zij knap en mooi is, sierlijk beweegt of atletisch gevormd is, zou je die persoon willen bezitten. Misschien heeft iemand bepaalde interessante en subtiele kwaliteiten in zijn / haar psychische constitutie en zou je die aspecten willen bezitten. Al deze gevallen zijn manifestaties van een aapachtige aanpak. Bezitterige, seksuele relaties zijn erg aapachtig en louter gedreven door de basisstructuur van het ego. De ander wordt gezien als een soort sappige biefstuk en je zou die ander willen opeten. Het is een dierlijk instinct dat zich dan voortzet op het menselijk niveau.
De huid is onze grootste orgaan. Een orgaan dat we zorgvuldig en regelmatig behandelen met scrubs, tonics, zalfjes, poedertjes. Maar waar is de zachte, liefdevolle aanraking gebleven? Bij een baby en klein kind durven we en doen we dat nog. Op latere leeftijd lijkt dat ‘not done’. De ontstane huidhonger wordt evenwel niet gestild met onstuimige omhelzingen en sex. Er is niets zo hartverwarmend, ontwapenend of opbeurend als een zachte aanraking, een liefdevol tikje op de neus, een vriendelijke aai over de bol, een troostende moederschoot of een brede, sterke vaderschouder, of zelfs als knuffelen en kietelen. Ontroerend vaak om te aanschouwen en dat zegt eigenlijk alles. Het met wederzijdse instemming, liefdevol en respectvol sex bedrijven lijkt in deze haastige, stressvolle tijd ook een bijna uitgestorven ambacht. Dat, terwijl de Kama Sutra – de “Donald Duck voor oudere stelletjes” – toch beeldende, fantasierijke, inspirerende voorbeelden aanreikt voor hoe het wel kan…
Geld als smeermiddel
Geld werkt als een smeermiddel voor al onze (im)materiële uitwisselingen in het leven. De relatie met geld is voor een ieder verschillend. Bijna iedereen heeft onopgeloste problemen met geld zoals bijna iedereen onopgeloste problemen heeft met het leven. In sommige gevallen bezitten mensen heel veel geld, maar hebben ze toch altijd een geldtekort. Anderen hebben heel weinig geld maar kunnen daar prima mee uit de voeten. Sommigen kunnen heel goed met geld omgaan. Ze zijn minder neurotisch dan anderen die het omgaan met geld bijzonder moeilijk vinden en een gevecht om elke cent leveren.
In veel gevallen krijgen mensen een impuls, een ingeving, om alles wat ze hebben weg te geven. En inderdaad, wanneer je dat doet voel je je tijdelijk veel beter. Je voelt je een held(in). Maar dingen zomaar weggeven, je ervan indoen, lost niets op, je hebt nog steeds een probleem. Je zou in staat moeten zijn om geld te hebben en ermee te werken zonder er aan gehecht te geraken. Vergelijkbaar met elk transmutatieproces. Je moet een relatie onderhouden met geld en een relatie met bezittingen zonder in een extreme en impulsieve onthechtingskick terecht te komen.
Het vertrouwen van de gewonde burger in de waarde van geld wordt evenwel ernstig bedreigd en beschadigd doordat het lijkt alsof de Centrale Banken ongegeneerd en ongebreideld geld kunnen bijdrukken om kastekorten van hun Overheden aan te vullen dan wel (in) te dekken. Die kastekorten – zeg maar Staatsschulden – die soms vele malen het Bruto Nationaal Product bedragen, zijn voor de gewone mens qua omvang niet meer te bevatten. Als de gewone, werkende burger of het vigerende bedrijfsleven dit soort buitenproportionele schulden zou hebben, dan zijn / worden ze toch in rap tempo en rücksichtslos failliet verklaard? Zo niet de overheden, die modderen door… .
Geloof
De bijbel is voor velen een heilig boek met een vaste doctrine die voorschrijft hoe je dient te zijn en te leven. De 10 geboden waren immers – en niet zo maar – ook in steen gehouwen? Geloof is soms spijkerhard, onwrikbaar en exclusief en sluit daarbij niet-gelovigen en andersdenkenden uit. De vele godsdienstoorlogen getuigen daarvan. Martin Luther spijkerde – symbolisch gezien – niet voor niets zijn 95 stellingen op de deur van de katholieke kerk in Wittenberg.
De Islam is eveneens een monotheïstische godsdienst. De Koran wijst op het fundamentele, religieuze principe dat een aanhanger van de islam (moslim) zich overgeeft aan de wil en wetten van God. Naast de Koran is de soenna van Mohammed, waarin de levenswijze, de gezegden en de standpunten van de profeet worden beschreven, ook een belangrijke bron voor de (soennitische) islamitische doctrine.
Leiders in de politiek, in het corporate bedrijfsleven en bij NGO’s zijn – zie de media maar – soms heel goed in het uitdragen van het geloof dat als je hun maar gelooft, alles ‘goed’ zal komen. Als je hen maar met hart en ziel gelooft, steunt en volgt. Het levert deze leiders vaak een hoog knuffelgehalte op bij hun aanhangers. De recente tijd en ontwikkelingen hebben evenwel aangetoond – en ons hopelijk geleerd – dat als deze leiders geen macht, mogelijkheden, middelen en mensen hebben, er geen steek van hun toezeggingen, beloftes, eisen terecht komt..Het blijven dan loze beloftes, zinloze toezeggingen, ijdele gebaren … bij tijd en gelegenheden een vurig, aanstekelijk verplaatsen van lucht, met een groot risico dus van backfiring.
Vertrouwen
Het geloven in een doctrine, godsdienst / religie of leiders biedt de mensen vastigheid, structuur en hoop. Hoop op een beter leven en toekomst, met name in het hiernamaals, en zeker voor de getrouwe volgelingen. Het boeddhisme heeft een wat andere ‘grondslag’ en is in wezen een levensbeschouwelijke en filosofische stroming. De belangrijkste aspecten van de Boeddhistische ‘middenweg’ zijn het uitbannen van alle materiële verlangens, het zich ethisch gedragen en het ontwikkelen van de geest. In principe worden al onze schadelijke gedachten en emoties (hechting, woede, trots) veroorzaakt door een onjuist begrip van de werkelijkheid.
In de Boeddhistische traditie spreekt men daarom niet over geloof maar juist over vertrouwen. Vertrouwen dat alles wat jij als mens op jouw pad tegenkomt (toevallig), jou niet voor niets toevalt en jij ermee hebt te dealen.Of je dat nu wilt of niet. In het absolute en diepe vertrouwen dat je er een werkbare situatie van kunt maken. Het is een check hoever je nu bent in het leven, of je zover én bereid bent om te groeien…