+31(0) 6 53 24 78 44 info@denhoed-co.nl
Feedback

Feedback

Feedback

In het kader van het beter aangeven van jouw grenzen, wordt er bijvoorbeeld tijdens de NLP opleidingen specifieke aandacht besteed aan  verschillende feedback methoden.

De 4G methode

Eén van deze methoden is de 4G-methode. Deze biedt een structuur om ongewenst gedrag (van een ander) te benoemen en bij te sturen.
De 4G feedback methode bestaat uit deze vier 4G’s, te weten:

  1. Gedrag: feitelijk specifiek gedrag van de ander
  2. Gevolg: het effect van iemand zijn gedrag op de omgeving
  3. Gevoel: gevoelsreflectie wat de ander zijn gedrag bij jou teweeg brengt
  4. Gewenst: benoem het gedrag dat je graag zou zien

4G feedback

Het 4G feedback model helpt een ieder om feedback op te bouwen in stappen waarbij de feedback steeds zwaarder wordt zonder dat het gesprek escaleert. Je kunt je feedback opbouwen, los per G of gecombineerd met meerdere G’s bij elkaar.

In de regel is een opbouw vanuit (ongewenst) Gedrag naar het Gevolg voor jou de eerste stap. Daarna eventueel gevolgd door het Gevoel wat je er bij hebt. Tot slot dan het aangeven wat gewenst is qua gedrag, een gedrag dat je graag zou zien…

Situatie

Dit alles is uiteraard afhankelijk van de situatie en eerdere ervaringen met een bepaald persoon.

Corrigerend

Bij gedrag-corrigerende feedback – met name als ouder met puberende kinderen – is het essentieel om het in het moment zelf te doen. Hierbij vraag je niet aan de ontvanger (de puber) of hij / zij openstaat om feedback te ontvangen. Je reageert spontaan en specifiek met jouw feedback op het vertoonde gedrag.

Zelfsturende professionals

Zelfsturende professionals

Zelfsturende professionals

Bij toepassing van het 4R-principe ontstaat ruimte waarin de medewerker als zelfsturende professional kan presteren en leren.

Het 4-R principe

Het 4R principes – meer menselijke energie in organisaties  – geeft een boost aan de ontwikkeling van een organisatie. De gedachte achter het 4-R principe is dat Resultaten het gevolg zijn van de Ruimte die professionals krijgen om al hun energie in te zetten om de doelen van de gekozen Richting te realiseren. En dat zowel managers als professionals bij Richting, Ruimte en Resultaten zich Rekenschap dienen te geven van de wensen van de stakeholders en dat daarover ook verantwoording moet worden afgelegd.

Vakmanschap

De definitie van een zelfsturende professional is dan dat hij / zij op gedreven wijze zijn haar vakmanschap inzet voor de realisatie van de organisatiedoelen daarbij ondersteund door goede interne en externe informatie en gedeelde normen en waarden.

Volgens Jaap Peters en Mathieu Weggeman is vakmanschap: “Iiets goed doen vanuit het intrinsieke motief om naar kwaliteit te streven, om iets moois te maken. Het is een activiteit die zich richt op het maakproces in ruime zin, waarin een vakman zichzelf, zijn kennis, zijn zorg en aandacht investeert”.

Doelen verbinden

Voor de gedreven inzet van een zelfsturende professional is het nodig dat hij / zij de persoonlijke doelen kan verbinden met de organisatiedoelen. Vaak zijn de organisatiedoelen gegeven en zal de professional dus moeten inventariseren welke zijn / haar persoonlijke doelen zijn en vervolgens moeten beoordelen of de realisatie hiervan mogelijk is binnen de organisatiedoelen.

Een belangrijke stap om een zelfsturende professional te worden, is het expliciet formuleren van de persoonlijk doelen. Ieder mens heeft, bewust of onbewust, persoonlijke doelen. Het nastreven van persoonlijke doelen leidt tot persoonlijk leiderschap en groei.

Dat zorgt er dan weer voor dat kansen op je pad komen omdat je ergens naar toe onderweg bent. Persoonlijk leiderschap betekent ook dat jij de gebeurtenissen in jouw leven niet gelaten ondergaat, maar dat jij de verantwoordelijkheid neemt om deze gebeurtenissen mede of nader vorm te geven en te sturen.

Informatievoorziening

Een bijzondere element wordt gevormd door de informatievoorziening. Voor de eigen (bij-)sturing van de professional is goede feedback in de vorm van relevante informatie nodig. Voor het beoordelen van de eigen interne prestaties komt de informatie uit de diagnostische control systemen. Voor het beoordelen van de externe prestaties komt deze uit de interactieve control systemen.

Win-win

Het 4R-principe is geen zero-sum game waarin de extra energie die de professionals in de organisatie steken ten koste zou gaan van die professionals, maar een win-win situatie waar zowel professionals als organisatie beter van worden.

Het vraagt wel een andere houding en ander gedrag van managers en professionals. Het vraagt van het management de durf om los te laten en om ruimte te geven en het vraagt van de professionals de invulling van de beschikbare ruimte met individueel ondernemerschap. Maar de potentiële beloning is dan ook voor iedereen heel groot.

Geluk

Geluk

Geluk

Geluk en werk, volgens Alexander van den Berg wordt het geluk in het werk van mensen in belangrijke mate bepaald door idealen, gedrag en resultaten. Volgens Van den Berg verschilt de sterkte van geluksgevoelens. Idealen, gedrag en resultaten dragen allemaal bij aan iemands geluk, maar resultaten sterker dan gedrag en gedrag sterker dan idealen.

De door Van den Berg gehanteerde geluksfactoren: idealen, gedrag en resultaten, passen perfect op de belangrijkste begrippen van het 4R-principe, respectievelijk Richting, Ruimte, Resultaten en Rekenschap.

Richting – Idealen

Iedereen heeft, bewust of onbewust, een ideaal. Het benoemen hiervan en het dromen hierover geeft al een goed gevoel. De energie van werknemers komt volledig vrij als de gekozen richting van de organisatie en de persoonlijke idealen in sterke mate samenvallen.

Niet alleen het management heeft een verantwoordelijkheid om te zorgen dat idealen en richting samenvallen, maar ook de werknemer.

Ruimte – Gedrag

Autonomie en zelfbeschikking scoren hoog bij ieder onderzoek naar wat werknemers belangrijk vinden op hun werk. Ruimte om te doen wat ze zelf belangrijk vinden, op de manier die ze zelf kiezen en met de mensen met wie ze graag samenwerken. Uiteraard moet hun gedrag passen binnen de ruimte die de organisatie heeft afgebakend met de gekozen richting.

Resultaten – Eindresultaten

Succes geeft iedereen een goed gevoel, zeker als hiervoor erkenning en waardering wordt gekregen. Maar ook mindere resultaten kunnen bijdragen aan het geluksgevoel mits deze gevolgd worden door constructieve en leerzame feedback.

Volgens Ken Blanchard geldt dat: “The number one motivator of people is feedback on results”. Niets is zo erg als geen eindresultaat te kunnen zien van je werk, of geen feedback te krijgen over je eigen bijdrage.

Rekenschap – Verantwoording

De gedachte achter het 4-R principe is dat Resultaten het gevolg zijn van de Ruimte die medewerkers krijgen om al hun energie in te zetten om de doelen van de gekozen Richting te realiseren. En dat zowel managers als medewerkers bij Richting, Ruimte en Resultaten zich Rekenschap dienen te geven van de wensen van alle stakeholders en dat daarover ook verantwoording over moet worden afgelegd.

 

 

 

Project drama’s

Project drama’s

Sommige projecten verlopen dramatisch, om verschillende redenen. Soms is het verhelderend en passend om een onderscheid te maken in ‘problem solving’ en ‘opportunity grasping’

Problemen

Waar mensen samenwerken met gebruik van technische apparatuur ontstaan altijd problemen. Omdat de apparatuur niet werkt, de samenwerking rammelt, de doelen niet gehaald worden, etc. Die problemen moeten worden opgelost en dat gebeurt vaak op zo’n wijze dat de ‘storing’ gerepareerd wordt en de oude situatie hersteld wordt. Peter Drucker stelde deze klassieke wijze van ‘problem golving’ al aan de kaak als een weinig creatieve bezigheid die hoogstens het verleden herstelt. Als creatief alternatief voor dit ‘problem solving’ – i.e. het verleden bewaren – stelde Drucker het ‘opportunity grasping’ – de gelegenheid grijpen om het verleden om te vormen – nadrukkelijk voor.

Het fenomeen dat hier aan de orde is, kan nog op een andere manier beschreven worden. Het komt vaak voor dat getracht wordt problemen op te lossen met dezelfde methoden, middelen en technieken als die het probleem hebben veroorzaakt. Een ‘oplossing’ vraagt dan om een transformatie van de concepten, van de denkkaders. Het vraagt om een om-denken.

Opportunities

De ‘opportunity’ die het probleem biedt en de kans om deze aan te grijpen, vraagt wel om het vermogen tot zelf-reflectie en de wil om zelf in beweging te komen.en het probleem niet buiten je zelf te plaatsen c.q. te manipuleren. Juran geeft met zijn boek ‘Control and Breaktrrough eigenlijk aan dat er twee duidelijk te onderscheiden managementtaken zijn: het runnen van de bestaande organisatie en het bestaande ‘bewaren’ én het ‘omvormen’ door te vernieuwen, innoveren en transformeren.

Deze twee taken hebben weliswaar een eigen profiel en moeten duidelijk onderscheiden worden, maar…scherp opgelet dient te worden dat de ‘bewaarders’ de voeding zijn voor de ‘omvormers’. Zodat niet in het wilde weg wordt geïnnoveerd, getransformeerd. en er niet wordt aangesloten bij vragen uit het ‘veld’…

Drama’s

Daar waar er niet wordt ‘aangesloten’ ontstaan de project drama’s. Project drama’s zijn vermoeiend, irriterend, frustrerend en soms compleet niet te volgen voor een projectteam. Maar ook de organisatie lijdt daaronder.

Een aantal drama-voorbeelden – metaforisch benoemd – van dat type projecten:

Een kar op vierkante wielen

Het project is en blijft een kar op vierkante wielen als er geen deugdelijk plan is opgesteld, er geen professionele bemensing is, de nodige middelen ontbreken of zeer schaars zijn. Zodat er iedere keer om resources gebedeld moet worden. En als bovendien de bereidheid van de organisatie om er daadwerkelijk in te investeren twijfelachtig is…

Project als schaamlap

Een project wordt gezien en ervaren als Schaamlap als het ingezet wordt om (bestuurlijke) fouten uit het verleden te verdoezelen, te camoufleren  of ernstige onderliggende oorzaken niet aan te pakken en links te laten liggen.

Spookschepen

In de definitie is een spookschip een niet-aangemeerd schip zonder levende opvarenden. De term spookschip wordt ook gebruikt voor de door een hoofddirectie vol enthousiasme geëntameerde, grote projecten, waarvoor geen bemensing is aangemonsterd. Het zijn vaak vage, zogenaamd strategische projecten waarbij mysterieuze verhalen de ronde doen over het hoe en waarom het is aanvaard en nu stuurloos ronddoolt…

Monkey on your back

Een bekende uitspraak in projectmanagement land: “Monkey on your back”. Een projectmanager wordt gevraagd om een ogenschijnlijk klein project – bijna een klus – even te klaren. En het spreekwoordelijke kleine aapje wordt op de schouder van de projectmanager gezet in de verwachting dat deze op tijd en conform afspraak wordt afgeleverd. Voordat hij / zij het evenwel in de gaten heeft is het kleine aapje uitgegroeid tot een heuse, soms zelfs kwaadaardige, gorilla…

Drijfzand

Een project dat een weifelende, schipperende en schimmige opdrachtgever kent, waar ook nog eens de aannames, de gewenste doelen en de beloofde resources constant wijzigen, mag terecht een drijfzand project genoemd worden. In de regel zijn ook probleem en taakstelling, resultaat-verwachtingen, planning en bemensing niet goed geregeld. Als projectmanager zie je dus jezelf en het project gaandeweg wegzakken in drijfzand…

Fantoom project

Er zijn twee soorten Fantoom projecten.
De eerste soort betreft een belofte dat er in de toekomst wellicht een prachtig, aansluitend project zal staan te gebeuren. waar men nu alvast op anticipeert… Een voorbeeld: “in de toekomst komt hier een weg, dus bouwen we alvast een tunnel /brug”. Die weg is evenwel nooit aangelegd…

Het tweede voorbeeld is uit het leven gegrepen. Diep in de kelders van het gebouw van de multinational was de projectgroep vol optimisme en schwung, heel hard aan het werk om zaken gedaan te krijgen. Bij navraag bleek evenwel dat de afdeling, waarvoor ze aan het werk waren, reeds enige tijd geleden was opgeheven…

Vuurpijlen in de lucht

Het komt helaas maar al te vaak voor dat bestuursvoorzitters, politici, bobo’s met een prachtig en imponerend plan komen. Een plan waarbij de strategische mindset, de futurologische blik en de grandeur van de bedenker groots vanaf straalt. Een plan waarbij iedereen ooooh en ahh roept en wat in eerste instantie voor veel bijval zorgt. Een plan wat evenwel – bij een nadere beschouwing – niet te realiseren valt…

Proefballonnen

Een projectmanager doet er wijs aan bij kleine projecten te informeren  of het soms een proefballon is. Proefballonnen zijn uitverkoren projecten die juist en specifiek bedoeld zijn om ten gronde en optimaal te mislukken zodat er maximaal van geleerd kan worden. Succes houdt dan in: vooral en bovenal – en faliekant – mislukken…

Doodgeboren kindje

Een wat oneerbiedige aanduiding wellicht, maar het geeft wel precies aan wat er aan de hand is. Een project dat misschien het levenslicht zal aanschouwen, maar nooit zal leven. Laat staan tot wasdom zal komen…

Opdrachtgevers

Als uitsmijter, ook voor sommige type opdrachtgevers zijn er treffende uitspraken. Hier drie markante:

Fossiel bij leven

Hij werd aangeduid als: “fossiel bij leven”, een “antiquarisch gegeven” en “levend nog in de 18e eeuw”. Toegeven, hij had inderdaad nog ouderwetse ideeën over de herenmode maar zijn clientele in het oude dorp was immers ook veelal de zeventig gepasseerd. Waarom veel veranderen als niemand daar op zit te wachten? Hij wilde gewoon een nieuw en simpel kassysteem en niet dat moderne retail formule spul waar die flashy jongelui mee aankwamen…

Troonopvolger

De (beoogde) troonopvolger, en met name degene die zich nog denkt te moeten bewijzen, komt soms met ideeën die ‘een brug te ver zijn’ voor de bestaande organisatie. Maar.. om zich toch te bewijzen, drukt hij / zij het meest ‘briljante’ idee door zonder de gevolgen en consequenties juist in te schatten. Omdat er altijd mensen zijn die ‘voorsorteren’ achter deze beoogde troonopvolger, kan het een serieuze tweespalt in de organisatie opleveren. Eentje met grote gevolgen…

Meeliften op de bagagedrager

Als een project succes dreigt te hebben worden anderen – de ‘ratten’ – wakker en proberen mee te liften op het succes. Door op de bagagedrager te springen en mee te liften. En – uiteraard – hun eigen ‘ding’ tersluiks in te brengen. De kans is dan groot dat juist daardoor de faalkans voor zo’n project exponentieel toeneemt…

 

 

 

Duurzaam denken

Duurzaam denken

Een duurzame mindset is een essentiële eigenschap voor de medewerkers van de toekomst en daar ligt ook een belangrijke taak voor scholen, maar ook een concern-staf in de educatieve en voor adviseurs in de raadgevende sfeer.

Biomimicry

Bij een duurzaamheidsdenken horen essentiële vaardigheden zoals flexibiliteit, verbanden leggen, kritisch zijn, holistisch denken, afwegingen maken en scenario’s bouwen. Vaardigheden die de basis vormen voor systeemdenken. Belangrijk, want een dergelijke manier van denken is niet alleen het leidende principe bij duurzaamheid als wel ook één van de essenties van leren.

Biomimicry is leren ontwerpen op basis van inspiratie uit de natuur en helpt dus om het duurzaam denken – het denken in systemen – tastbaar en zichtbaar te maken. Het barst van de voorbeelden in de natuur zoals ecosysteem-relaties, feedback-loops, dynamische evenwicht en veerkracht, open en gesloten systeemgrenzen, omgevingsafhankelijke diversiteit en groeipotenties. Allemaal begrippen waarbij het denken in oorzaak-gevolg in een bredere en complexe context centraal staat.

Een duurzamere manier van leven op onze planeet staat meer en meer in de belangstelling. In die zoektocht is het goed om te spieken bij organismen die al lang een duurzame leefstijl hebben ontwikkeld. Biomimicry, het nabootsen van ideeën uit de natuur om menselijke problemen op te lossen, biedt prachtige ingangen voor ontdekkend leren. De bionische auto is geïnspireerd op de koffervis. Een betere stroomlijning en lichtere carrosserie (30% minder) scheelt behoorlijk in brandstof.

Ontwerpproces

Bij een ontwerpproces is het belangrijker om je af te vragen wat de functie van iets moet zijn, bijvoorbeeld sterk en buigzaam, dan hoe het eruit moet zien. De volgende stap in het ontwerpproces is te onderzoeken hoe de natuur deze functie vervult en in welke context deze functie vervuld moet worden.

Voor biologische inspiratie om deze stap te nemen vormen de websites: www.asknature.com, www.biomimicrynl.org, biomimicry.org en natuurlijk www.wur.nl/nl/Dossiers/dossier/Biomimicry.htm een rijke bron.

Circulaire economie

De natuur laat zien dat het mogelijk is om van een lineair proces een kringloop te maken, dus naar een circulaire economie te gaan: de tijd van gebruiken en weggooien is voorbij. Dat kost namelijk teveel energie en materialen. De natuur heeft een gesloten materialen-kringloop allang uitgevonden.

Biomimicry staat dan ook voor leren van de natuur. De benadering prikkelt leerlingen anders te denken en tot echte innovaties

te komen. De scholieren die nu in het voortgezet onderwijs zitten, zullen de energietransitie hoogstwaarschijnlijk aan den lijve gaan meemaken. Daarom zal de maatschappij dichter tegen de basale wetmatigheid van de biologie moeten aankruipen. Maar dan moeten de mensen die processen wel kennen. We kunnen juist van de natuur leren hoe we in een gezonde, goed functionerende biosfeer kunnen leven.

Onderwijs

Voor het onderwijs is er inmiddels fraai lesmateriaal met technieklessen over biomimicry gemaakt, geïnspireerd op de natuur. Inspiratie voor hun ontwerp halen ze uit de directe omgeving van de school. Laagdrempelig, leuk en heel leerzaam. Het lespakket is ontwikkeld voor het basisonderwijs en is te bestellen via www.veldwerkwinkel.nl

Biomimicry is als term nog weinig ingeburgerd, maar de denkwijze wordt wereldwijd steeds meer toegepast. Niet alleen op scholen maar ook bij research- en innovatiecentra. Voorbeelden van biomimicry denken zijn het imiteren van een haaienhuid voor snellere zwempakken en haakjes van klittenbollen als inspiratie voor klittenband. Zelfs het ontwerp voor een landingsgestel van een helikopter is geïnspireerd op de poten van sprinkhanen.

Basisstrategieën

Maar het gaat om meer. Aan de toepassingen liggen belangrijke duurzaamheidsprincipes ten grondslag. Zo zoekt de natuur altijd naar een energiezuinige oplossing en wordt bijna alles hergebruikt. De natuur is daarmee een belangrijke inspiratiebron als het gaat om duurzame oplossingen.

In de natuur is alles op eenzelfde wijze georganiseerd, namelijk op grond van zes basisstrategieën (life’s principles), die leven op aarde succesvol maken. De strategieën gaan uit van: gebruik maken van milieuvriendelijke stoffen, efficiënt omgaan met grondstoffen, inspelen op lokale omstandigheden, aanpassen aan veranderde omstandigheden, evolueren om te overleven en ontwikkeling en groei integreren.

Of het nu om energie, wonen, transport, voedsel of communicatie gaat, als je met die strategieën in het achterhoofd naar de natuur kijkt, geeft dat verrassende inzichten. De in de natuur bereikte oplossingen zijn vaak ingenieus, duurzaam en stabiel onder veranderende – soms zelfs dynamische en turbulente – omstandigheden…

 

 

 

 

 

Mensen zijn loyalty-machines

Mensen zijn loyalty-machines

Systemisch waarnemen kun je leren. Wees je ervan bewust dat elk mens deel uitmaakt van meerdere systemen. Systemen die jij niet kent, maar die er wel zijn. Systemen zoals het bedrijf, de afdeling, de beroepsachtergrond, de sportclub of andere clubs waar iemand deel van uitmaakt. Zoals het gezin, de familie, de streek waar zij/hij vandaan komt, het land, de religieuze gemeenschap…

Systemisch kijken

Probeer je al die systemen eens voor te stellen. Als je kijkt naar de kleding en het gedrag van iemand, van welk systeem is dat vooral een uitdrukking? Met wie is die persoon in z’n gedrag verbonden? Ontmoet je meer iemand die hoort bij een bepaalde business of organisatie of meer iemand die hoort bij een bepaalde beroepsgroep of vak? Of ontmoet je meer een ondernemer of een ZZP’er? Als iemand spreekt, vanuit welk systeem komt dan zijn stem, welk systeem spreekt er?

En dan aan jouw kant van de zaak. Tegen wie spreekt de persoon tegenover jou? Tegen jou uiteraard (hopelijk), maar wie ben jij voor hem/haar? Tot welk systeem behoor jij in de ogen of het gevoel van die persoon? Ben je een klant, een bepaald type klant? Kan de persoon ook voorbij jou kijken, en zien of het product of de dienst die aangeboden wordt niet alleen bij jou past, maar ook bij jouw organisatie, jouw lifestyle, jouw gezin of familie?

Systemisch vragen

Een volgende stap, in systemisch waarnemen, is om in te spelen op die verschillende systemen waar de persoon deel van uitmaakt. Oefen eens met een vraag te stellen die gericht is op de wereld van die persoon. Zo kun je de vraag stellen aan managers: “Ben je een goede manager? Ik ben altijd nieuwsgierig als ik managers tegenkom. Kun je me vertellen wat voor jou goed management is en wat voor jou en jouw mensen werkt? Of stel een vraag die gericht is op het bedrijf waar die persoon werkt: ‘Ik ben hier nog nooit eerder geweest. Het is een interessante bedrijf met een interessante aanpak. Wat is jullie geheim? Wat is jullie drive?”

Het in één systeem een sterke plek innemen kan betekenen dat je er in een ander systeem minder bij hoort. Zoiets kan een persoon aarzelend maken om in dat eerste systeem echt vol zijn of haar plek in te nemen. Het systemisch waarnemen heeft ook met invoelen te maken. Kun je invoelen in welk systeem de persoon tegenover jou sterk staat en waar minder. Waar hij of zij aarzelt om vol een plek in te nemen?

Loyaliteit

Als je als mens deel uitmaakt van zoveel verschillende systemen, dan kun je bij elke wijziging in een mogelijk loyaliteitsconflict komen. Aan wie of wat word je ontrouw als je meegaat met de voorgestelde verandering?

Bij elk voorstel dat iemand doet in een vergadering kunnen bezwaren opdoemen. Sterker nog, het zou raar zijn als er geen bezwaren komen. Bezwaren zijn een uiting van loyaliteit. De kwestie is om na te gaan vanuit welk systeem de bezwaren komen. Ja, natuurlijk komen die bezwaren uit de mond van een collega. Maar welk systeem probeert door hem of haar heen te spreken? En namens hoe veel mensen spreekt die collega? En wat probeert de stem, die door hem of haar verwoord wordt, te beschermen? Meestal is dat toch iets wat waardevol was voor de organisatie of voor een deel daarvan. In de regel geldt dat dat hoe meer je als leider en als team kunt erkennen dat er iets is wat waardevol is of was voor de organisatie, des te minder voelen mensen dat datgene beschermd moet worden.

Mechanismen

Het erbij horen heeft niets te maken met – objectief gezien – of je verschrikkelijke dingen doet of juist goede dingen. Een terrorist pleegt zijn daad om ergens bij te horen en trouw aan te zijn. Wellicht de ultieme vorm van ergens bij horen. Dat is de reden waarom je als systemisch leider jouw oordeel moet opschorten als een medewerker verschrikkelijk dwars ligt. Zolang je een oordeel hebt, kun je niet zien aan wie of wat de medewerker trouw is door dwars te liggen.

Hoe meer we systemen en hun mechanismen beginnen te begrijpen, hoe meer het duidelijk wordt dat het om hele oude overlevingsmechanismen gaat. De mechanismen zorgen voor de overleving van het individu, voor het voortleven van het desbetreffende systeem, waartoe de persoon zich toe rekent.

et zou raar zijn als er geen bezwaren komen. Bezwaren zijn een uiting van loyaliteit. De kwestie is om na te gaan vanuit welk systeem de bezwaren komen. Ja, natuurlijk komen die bezwaren uit de mond van een collega. Maar welk systeem probeert door hem of haar heen te spreken? En namens hoe veel mensen spreekt die collega? En wat probeert de stem, die door hem of haar verwoord wordt, te beschermen? Meestal is dat toch iets wat waardevol was voor de organisatie of voor een deel daarvan. In de regel geldt dat dat hoe meer je als leider en als team kunt erkennen dat er iets is wat waardevol is of was voor de organisatie, des te minder voelen mensen dat datgene beschermd moet worden.

Er bij horen…

Het erbij horen heeft niets te maken met – objectief gezien – of je verschrikkelijke dingen doet of juist goede dingen. Een terrorist pleegt zijn daad om ergens bij te horen en trouw aan te zijn. Wellicht de ultieme vorm van ergens bij horen. Dat is de reden waarom je als systemisch leider jouw oordeel moet opschorten als een medewerker verschrikkelijk dwars ligt. Zolang je een oordeel hebt, kun je niet zien aan wie of wat de medewerker trouw is door dwars te liggen.

Hoe meer we systemen en hun mechanismen beginnen te begrijpen, hoe meer het duidelijk wordt dat het om hele oude overlevingsmechanismen gaat. De mechanismen zorgen voor de overleving van het individu, voor het voortleven van het desbetreffende systeem, waartoe de persoon zich toe rekent.

De omgeving en context waarin veel organisaties heden ten dage opereren wordt zo complex en veranderlijk, dat deze door individuen alleen eigenlijk niet meer te overzien en te hanteren is. Teamwork krijgt hierdoor een steeds belangrijke en bepalendere rol in organisaties. Veel organisaties realiseren zich dit en investeren dan ook behoorlijk in de samenstelling en de ontwikkeling van hun teams.

Houden organisaties evenwel ook voldoende rekening met de schaduwkanten van teams? We weten al jaren dat disfunctionele directie of management teams een behoorlijke impact kunnen hebben op de kwaliteit van besluitvorming en het reilen en zeilen van een organisatie. Toch bouwen we in de praktijk maar weinig mechanismen in om de risico’s hierop te beperken. Met de toenemende onzekerheid, volatiliteit,  complexiteit, ambiguïteit en druk waarmee veel teams te maken hebben, kunnen we ons dat eigenlijk niet permitteren.

Teams

Teams hebben een interessante uitwerking op ons mensen. Ze appelleren aan ons verlangen ergens bij te horen. En dus ook op onze angst om er buiten te vallen. Ze triggeren ons verlangen om gezien en erkend te worden. En daarmee ook onze angst om er niet toe te doen.

Idealiter voelen leden van een team zich met elkaar verbonden en is er een positief en gezamenlijk beeld van het team. Dit maakt dat leden blij zijn lid te zijn van het team. Tegelijkertijd hebben de leden ook nog voldoende binding met de buitenwereld, waardoor ze worden geïnspireerd, nieuwe ideeën en energie verkrijgen en zo nu en dan een reality check opdoen.

Los zand

In de praktijk kom ik soms ‘los zand’ teams tegen. Teams die niet aan het ideaalplaatje voldoen. Er is weinig binding en betrokkenheid bij elkaar en het team krijgt nauwelijks iets van de grond. Energie lekt weg en initiatieven van teamleden om dit aan te kaarten, lopen op niets uit. Leden kiezen er – bewust of onbewust- voor om niet te investeren in het team en hun lidmaatschap.

Soms is dat vanwege de onduidelijke teamdoelstellingen, een gebrek aan purpose, tegenovergestelde belangen of domweg .. tijdsgebrek. Soms ook omdat mensen, op basis van de eerder genoemde sociale behoeften en angsten, het onbewust als risico ervaren om zich te committeren aan het team. ‘Los zand’ teams dragen weinig tot niets bij aan de organisatie, vormen daarmee een risico en vragen om gerichte aandacht.

Hechte teams

Toch dient een organisatie zich meer zorgen te maken over een andere verschijningsvorm van teams. Over een ‘hecht’ team. Dit soort teams kent in de regel juist veel cohesie en er spelen sterke groepswaarden en normen. Bijvoorbeeld: ‘Wij kennen onze markt en klanten door en door, zijn al jaren succesvol als managementteam en we hebben anderen niet nodig om ons te vertellen wat goed is voor onze organisatie”.

Wanneer een ‘hecht’ team druk van buitenaf ervaart, sluiten zich de gelederen. Meningen vanuit de buitenwereld worden niet geapprecieerd, komen minder binnen of krijgen binnen het team een gekleurde betekenis. Het team lijdt veelal aan overschatting van zichzelf, lijkt blind en doof voor kritische signalen en geluiden.

De leden ervaren het team vaak als beklemmend, maar voelen zich te afhankelijk om tegen de groepsnorm in te gaan. Het belang van eensgezindheid weegt zwaarder dan de kwaliteit van de besluitvorming. Het is een bekend mechanisme, ook wel Group Think genoemd. Juist in deze tijd speelt dit mechanisme – veel vaker dan we denken – een rol in directie of management teams en in project teams.

Remedies

Dit soort teamprocessen zijn soms zo dwingend, dat we ons daar maar moeilijk uit kunnen ontworstelen. Tegelijk is het van belang de invloed van deze processen serieus te nemen en mechanismen in te bouwen om die invloed te verkleinen.

Door bijvoorbeeld bij belangrijke besluiten eerst tot individuele standpunten te komen en deze vervolgens pas daarna gezamenlijk te bespreken. En vooral door regelmatig – bij voorkeur individueel en in de ‘buitenlucht’ – te reflecteren op het functioneren van het team en hier indien nodig op in te grijpen. Bijvoorbeeld ook door regelmatig externe deskundigen uit te nodigen in het team. Vreemde ogen dwingen …soms, nietwaar?

Een gezond team

Een gezond team kent heldere grenzen die zorgen voor binding en cohesie, maar die ook poreus genoeg zijn om invloeden van buitenaf binnen te laten. Een gezond team weet hoe elk teamlid denkt, hoe ze besluiten neemt en wat de sterke maar ook de zwakke kanten van het team zijn. Dat tezamen vraagt om een continue ‘helicopter’ aandacht. Zo bouwen we teams die organisaties verder helpen, strategisch weloverwogen beslissen, projecten succesvol afronden, juist in deze tijd!