+31(0) 6 53 24 78 44 info@denhoed-co.nl
Ondersteunende competenties bij conflicthanteringen

Ondersteunende competenties bij conflicthanteringen

Consultants en coaches zullen – zeker bij organisatieveranderingen – regelmatig tegen conflicten aanlopen. Conflicten tussen mensen maar ook conflicten tussen zekere groepen van mensen.

In het hanteren van conflicten zijn dan een aantal competenties wel handig om paraat te hebben:

Analytisch vermogen: als je hoofd- en bijzaken kunt onderscheiden is een conflict makkelijker oplosbaar

Assertiviteit: om te voorkomen dat je zelf in een conflictsituatie terechtkomt en om er – als je er dan toch in verzeild raakt – weer uit te kunnen komen, is het handig als je assertief bent. Dan kun je zowel je eigen belangen als die van een ander in het oog houden

Inlevingsvermogen/empathie: je kunnen verdiepen in de gedachtengang en gevoelens van een ander, maakt dat je meer begrip kunt opbrengen voor een ander

Verantwoordelijkheid: als je manager bent bij een conflict dat de samenwerking binnen de organisatie in de weg staat, dan zul je zelf ook energie moeten steken in de oplossing

Omgaan met diversiteit: veel conflicten ontstaan doordat één partij normen en waarden hanteert, die voor de ander vreemd of niet acceptabel zijn

Aanpassingsvermogen: ook als een partij wat heeft moeten inleveren in de oplossing van het conflict, dan zullen – zeker in een team of organisatie – partijen verder moeten met elkaar en wel met degene met ze het conflict hadden. Ze moeten zich dus ook wat aanpassen

Tact: als iemand een conflict wil managen, weet dan en wees e alert op, dat alles wat er gezegd wordt, kan werken als een rode lap op een stier. Met tact – en soms met wat humor – voorkom je dat het verder uit de hand loopt

Stiltes hanteren: stiltes in een conflictsituatie zijn net zo waardevol als de discussies. Stiltes geven beide partijen de mogelijkheid tot rust en zelfreflectie. Geef stiltes de ruimte en laat ze niet te snel invullen

Auditief en non-verbaal: het is handig om tijdens het conflict, tijdens de discussies ook te letten op  de toon en het non-verbale gedrag. De zogenaamde ondertiteling geeft soms meer aan dan de woorden. En: “c’est le ton qui fait la music..”.

Proceskennis: vanuit de psychiatrie zijn een aantal typische conflictueuze processen onderzocht. Eén van de meest bekende daarin is de Drama-driehoek, waarbij er een achtervolger, een slachtoffer, en een redder hun rol spelen. 

Twee wolven

Twee wolven

Twee wolven

De Cherokee legende van de twee wolven vertelt een verhaal over een doorlopend gevecht tussen twee krachten binnenin onszelf. Het is een conflict tussen onze donkere kant (de zwarte wolf) en onze meer verlichte, nobelere kant (de witte wolf). De tweestrijd tussen goed en kwaad, geluk en trots, schuld en nederigheid definieert ons in grote mate.

Innerlijke strijd

Op een avond vertelt een oude wijze Cherokee-indiaan zijn kleinzoon een verhaal over een innerlijke strijd waar we soms als mensen mee geconfronteerd worden.

In het hart van ieder mens wonen twee wolven. De éné wolf is vriendelijk, zachtaardig, geeft vreugde en liefde, doet niemand kwaad, is behulpzaam, empathisch, eerlijk, zorgt voor zijn medemens, …  Terwijl de andere wolf kwaadaardig is, boos, jaloers, bezorgd, verdrietig, hebzuchtig, arrogant, egoïstisch, liegt, heeft wrok, denkt enkel aan zichzelf en zijn ego, …..

De Cherokee-indiaan zwijgt zodat zijn kleinzoon zich een goed beeld kan vormen van de witte en zwarte wolf. Vervolgens zegt de oude man tegen zijn kleinzoon dat beide wolven in ieder van ons leven. Beide wolven zijn aanwezig en willen het voor zeggen hebben in het doen, denken en laten van ieder van ons.

Er volgt weer een stilte en de kleinzoon denkt na en vraagt; welke wolf wint er ? Waarop de oude man antwoordt; de wolf die jij eten geeft. De wolf die jij voedt, zal groeien.  

Aristoteles

Zoals Artistoteles al vertelde: Alles wat je aandacht geeft, groeit.Er bestaat echter nog een tweede verhaal dat misschien wel interessanter is.

Tweede verhaal

In dit verhaal vertelt de oude Cherokee-indiaan zijn kleinzoon dat eigenlijk beide wolven moeten gevoed worden. Dat het niet om kracht gaat, maar om balans. Dat het belangrijk is om beide wolven te voeden omdat we ze allebei nodig hebben. Dat we beide wolven langs het juiste pad leiden en niet één van de twee wolven uithongeren. 

We worden allemaal in het leven geconfronteerd met woede, pijn, verdriet, angsten, jaloezie, … onze emoties schieten soms alle kanten op en daarom is het belangrijk dat we er op een juiste manier mee omgaan. 

Het is belangrijk te aanvaarden dat we als mens uit yin en yang bestaan, we hebben soms de duister nodig om daarna het licht te kunnen omarmen. Door onze schaduw te begrijpen en leren mee om te gaan kunnen we onze schaduw ook onder controle krijgen.

Aandacht geven

De oude man vertelt zijn kleinzoon dat wanneer we de zwarte wolf niet voeden en laten verhongeren deze wolf zich zal verbergen en de witte wolf achtervolgen. De zwarte wolf zal wachten tot hij zijn kans ziet om toe te slaan op het moment dat hij een zwakte ziet bij de witte wolf.

Ook de zwarte wolf beschikt over goede kanten, die de witte wolf niet heeft. Door beide wolven aandacht te geven, zal er ook geen gevecht zijn om je aandacht en kan je de geneugten van beide wolven gebruiken. Op deze manier zal er een innerlijke harmonie ontstaan in jou en leer je omgaan met emoties. 

Emoties

Door te leren luisteren naar je donkere emoties, ga je ze ook beter begrijpen om ze te transformeren in een kracht. Laat je angsten niet verhongeren, maar luister naar wat jouw angst je vertelt. Het is altijd beter om trachten iets te begrijpen dan het weg te duwen. Wanneer je verdriet kan transformeren naar een kracht, kan je in de toekomst je liefde als kracht inzetten en niet meer als emoties. Emoties kunnen ons zo onderuit halen zonder dat we het beseffen. Je leven zal op een positieve manier verbeteren. 

Strijd en vrede

De strijd in jou zal gaan liggen en als er geen strijd meer is, wordt er plaats gemaakt voor harmonie. Vrede hebben is onbetaalbaar, wie vrede heeft, heeft eigenlijk alles. Is er strijd en oorlog in je leven, dan heb je eigenlijk niets. 

Ga op een respectvolle manier om met beide krachten die in jou als mens wonen door ze allebei aandacht en voeding te geven in een juiste verhouding. Niemand wilt pijn, niemand wilt verdriet, doch zonder regen zouden we geen regenboog kunnen zien. Sterker nog, sommige stormen zijn nodig om je leven te zuiveren, om de weg naar iets mooiers te kunnen maken. 

Als de weg in jou vrij is, ben je in staat om te luisteren naar de stemmen van je innerlijk weten om de juiste beslissingen te nemen, om te kiezen wat goed is voor jou. 

Bron:

Debbie Ford, Licht op schaduw

Dante’s kromme

Dante’s kromme

Dante’s kromme geeft het proces en de fasen weer waar een mens, een groep of een organisatie doorheen gaat bij onvermijdelijke en pijnlijke veranderingen.

Menselijke processen

De oude komedies en sagen verhalen al van dergelijke processen. Het meest uitgebreide proces is beschreven in Dante’s Goddelijke Comedie, vandaar ook de naam van deze kromme.

Het waren vooral de psychologen die in de bedrijfskunde de aandacht vroegen voor de diepgaande menselijke processen die zich voordoen bij onafwendbare, onvermijdelijke en onomkeerbare situaties met een grote impact op het gevoelsleven.

Vanuit ervaring met stervensbegeleiding vroeg Kübler-Ross aandacht voor het diepe proces waar mensen in terecht komen als ze bijvoorbeeld te horen krijgen van een dodelijke ziekte en daarmee van een onvermijdbare en permanente verandering in hun leven.

Eigenschappen

Terminale mensen stelden zich minder ontkennend op of doorliepen de fasen beter als zij de volgende drie eigenschappen vertoonden:

  1. Bereidheid om diepgaand over de eigen ervaringen te spreken;
  2. Gelijkwaardigheid. In staat zijn een werkelijke dialoog aan te gaan met anderen, waarin men van beide kanten deel heeft aan wat de ander ‘werkelijk’ ervaart;
  3. Zowel de goede als de slechte kanten van iets kunnen accepteren.

Veranderingen

Elk veranderingsproces, elk teamproces en wellicht elke relatie en diep persoonlijk proces, kent een dergelijke kromme. Ook crisis-, verander-, innovatie- en fusieprocessen in organisaties kunnen vergaand en diep ingrijpen in het werken en leven van mensen. Dante’s kromme geeft aan hoe mensen veranderingen beleven en omgaan met veranderingen.

Veranderingen zorgen ervoor dat:

  • mensen uit hun comfort-zone worden gehaald
  • oude banden worden verbroken
  • werkprocessen diepgaand veranderen
  • jouw maatjes ineens ergens anderswerken
  • er andere procedures gaan gelden
  • het dagelijkse ritme anders wordt
  • de oude kennis en ervaring niet meer toereikend en zelfs niet meer geldig is
  • er nieuwe kennis en ervaring opgedaan moet worden
  • de natuurlijke en vanzelfsprekende aanpakken (cultuur) niet meer geldig zijn…

Weerstand

Bij zo’n proces worden dus veel dingen overhoop gehaald. Dat is ook de oorzaak en reden van de weerstand die optreedt. Het proces kan voor de één trager verlopen en emotioneel diepgaander zijn dan bij de ander.

Het spreekwoord ‘des te dieper de dalen, des te hoger de toppen” gaat hier op. Als je niet door de hele kromme gaat, door de put met het spreekwoordelijke hellevuur wat je zuivert van alle mogelijke on-zin, dan ontwikkel je je ook niet zo snel jouw ware menszijn, jouw zuivere persoonlijkheid. De mensen die werkelijk de bodem van de put durven te raken, komen er doorgaans ook veel beter uit. Daar wordt het niet leuker of aangenamer van, maar het geeft wel aan dat het soms goed is om echt diep te gaan.

De ervaring leert dat…

De ervaring bij Dante’s kromme indiceert dat het, in het proces voor de bodem, niet verstandig is om daar al met mogelijke oplossingen te komen. Men is immers nog bezig met een rouwproces, met gevoelens van verlies en verdriet.

Soms is het – als facilitator – zelfs wijs om juist wat zout in de wonde te strooien. Om de mensen daadwerkelijk en concreet met de wellicht nog niet geheel ervaren, harde realiteit in aanraking te brengen.

 

Zelfsturende professionals

Zelfsturende professionals

Zelfsturende professionals

Bij toepassing van het 4R-principe ontstaat ruimte waarin de medewerker als zelfsturende professional kan presteren en leren.

Het 4-R principe

Het 4R principes – meer menselijke energie in organisaties  – geeft een boost aan de ontwikkeling van een organisatie. De gedachte achter het 4-R principe is dat Resultaten het gevolg zijn van de Ruimte die professionals krijgen om al hun energie in te zetten om de doelen van de gekozen Richting te realiseren. En dat zowel managers als professionals bij Richting, Ruimte en Resultaten zich Rekenschap dienen te geven van de wensen van de stakeholders en dat daarover ook verantwoording moet worden afgelegd.

Vakmanschap

De definitie van een zelfsturende professional is dan dat hij / zij op gedreven wijze zijn haar vakmanschap inzet voor de realisatie van de organisatiedoelen daarbij ondersteund door goede interne en externe informatie en gedeelde normen en waarden.

Volgens Jaap Peters en Mathieu Weggeman is vakmanschap: “Iiets goed doen vanuit het intrinsieke motief om naar kwaliteit te streven, om iets moois te maken. Het is een activiteit die zich richt op het maakproces in ruime zin, waarin een vakman zichzelf, zijn kennis, zijn zorg en aandacht investeert”.

Doelen verbinden

Voor de gedreven inzet van een zelfsturende professional is het nodig dat hij / zij de persoonlijke doelen kan verbinden met de organisatiedoelen. Vaak zijn de organisatiedoelen gegeven en zal de professional dus moeten inventariseren welke zijn / haar persoonlijke doelen zijn en vervolgens moeten beoordelen of de realisatie hiervan mogelijk is binnen de organisatiedoelen.

Een belangrijke stap om een zelfsturende professional te worden, is het expliciet formuleren van de persoonlijk doelen. Ieder mens heeft, bewust of onbewust, persoonlijke doelen. Het nastreven van persoonlijke doelen leidt tot persoonlijk leiderschap en groei.

Dat zorgt er dan weer voor dat kansen op je pad komen omdat je ergens naar toe onderweg bent. Persoonlijk leiderschap betekent ook dat jij de gebeurtenissen in jouw leven niet gelaten ondergaat, maar dat jij de verantwoordelijkheid neemt om deze gebeurtenissen mede of nader vorm te geven en te sturen.

Informatievoorziening

Een bijzondere element wordt gevormd door de informatievoorziening. Voor de eigen (bij-)sturing van de professional is goede feedback in de vorm van relevante informatie nodig. Voor het beoordelen van de eigen interne prestaties komt de informatie uit de diagnostische control systemen. Voor het beoordelen van de externe prestaties komt deze uit de interactieve control systemen.

Win-win

Het 4R-principe is geen zero-sum game waarin de extra energie die de professionals in de organisatie steken ten koste zou gaan van die professionals, maar een win-win situatie waar zowel professionals als organisatie beter van worden.

Het vraagt wel een andere houding en ander gedrag van managers en professionals. Het vraagt van het management de durf om los te laten en om ruimte te geven en het vraagt van de professionals de invulling van de beschikbare ruimte met individueel ondernemerschap. Maar de potentiële beloning is dan ook voor iedereen heel groot.

Zelfmanagement

Zelfmanagement

 

Hoe bereik ik Personal Excellence?

Definitie en doelstelling van Personal Excellence

Zelfmanagement is in wezen een paradoxaal begrip. Daarmee worden twee identiteiten veronderstelt: een Zelf dat managet en een Zelf dat gemanaged wordt.

Dat roept meteen twee vragen op:

– kan het Zelf – als manager – wel de goede richting bepalen?
– in hoeverre kan mijn Zelf zichzelf reëel en objectief waarnemen?

Het managen van gedrag is wellicht een vruchtbaarder focus. In iedere functie gaat het erom om optimaal en functioneel gedrag te genereren. Optimaal gedrag houdt in: ik bereik mijn doelen uitermate effectief en efficiënt. Functioneel houdt in dat het gedrag ook ter zake bij de functie behoort

Dat vereist een voortdurende innovatie, omdat iedere situatie weer anders is. Om er adequaat op te kunnen inspelen, moet je jouw gedrag telkens modificeren. Herhaling van zetten is slechts beperkt effectief. Meer van hetzelfde in moeilijke situaties werkt, vaak averechts. Opgedane ervaring kan achterhaald en versleten zijn en dom maken.

Gedrag

Ieder gedrag  bestaat volgens Klaus Dörner uit twee processen:

– een mentaal proces (vgl. Human Design, de Bono, de Caluwé, Spiral Dynamics, Thomas Kilmann)
– een fysiek proces (vgl. Belbin rollen, Myers-Briggs typen, 4 Elementen)

Het mentale proces triggert – vaak grotendeels onbewust – naar een bepaalde, meestal bekende en impulsieve, rol en stuurt daarna op bewuste én onbewuste wijze het gedrag dat we vertonen.
Fysieke handelingen hebben op hun beurt weer invloed op de innerlijke processen. Iedere handeling begint en eindigt per slot weer mentaal (doel – feedback).
Onechtheid ontstaat als fysiek handelen en de mentale houding niet met elkaar overeenstemmen. Modificatie van gedrag vereist daarom het veranderen en aanpassen van het handelen, het denken én van de gevoelens.

Deze redenering leidt tot de volgende vragen:

– Hoe genereer ik optimaal gedrag?
– Hoe kan ik mijn gedrag situationeel veranderen, zonder mezelf te verliezen – of wellicht: zo veranderen dat ik nog meer mezelf wordt?
– Hoe kan dit proces zo natuurlijk, moeiteloos en rap mogelijk verlopen?

De antwoorden hierop, gebaseerd op inzichten in de wetmatigheden van het menselijke brein en de menselijke geest,  beschrijven de essentie van Personal Excellence.

Optimaal gedrag

Een optimaal gedrag – Personal Excellence – past bij

– jouw doel
– de situatie
– jouw persoon.

Omdat iedere situatie in het leven anders is, betekent dit dat je telkens nieuw gedrag uit moet vinden. Je hebt dus analytisch vermogen én creativiteit nodig, en een overeenkomstig denken én handelen.

Gezien de complexiteit van het proces moet dit voor een groot deel intuïtief aangestuurd worden. Hier ligt tevens een valkuil: onbewust is niet altijd intuïtief, maar we kunnen onbewust bepaalde disfunctionele gewoontes herhalen.

  Functioneel Niet functioneel
Bewust Competentie Vergissing
Onbewust Intuïtie Gewoonte (Neurose)

 

Twee domeinen

In iedere situatie zijn volgens Stephen Covey twee domeinen te onderscheiden, namelijk het domein van de dingen die jouw leven beïnvloeden en het domein daarbinnen van de dingen die je zélf kunt beïnvloeden en veranderen.

Optimaal gedrag ontstaat als je jouw energie en aandacht richt op het laatste. Klagen en mopperen verzwakken je, doelgericht initiatief en creativiteit vergroten jouw grip op de situatie.

Doelen

Bij het genereren van gedrag kan op drie gebieden disfunctionaliteit ontstaan:

– de bepaling van doelen
– de inschatting van de situatie en
– de keuze van de strategie.

Op het gebied van mijn doelen zijn er verschillende valkuilen:

– ik kan vage doelen hebben die me geen helder en duidelijke richtlijn geven zodat ik altijd ad hoc blijf reageren en nergens concreet naar toe werk.

– ik kan me fixeren op dat wat ik níet wil in plaats van op wat ik wél wil.

Dit heeft verschillende gevolgen. Als ik van iets wegloop, kan de richting die ik kies in tegenstelling zijn tot wat ik op de lange duur wil bereiken. De oplossing van vandaag wordt het probleem van morgen (Peter Senge).

Ook heeft dit meestal een oscillerend gedrag tot gevolg: omdat het nijpende probleem – hoe verder ik kom – afneemt. Daarmee neemt ook de motivatie af – ik werk immers nergens naar toe – en dan komt de prioriteit al gauw ergens anders te liggen…

– Ik kan een middel tot doel verheffen en ook daarmee oriëntatie verliezen. Je kunt eindeloos geld, opleidingen of therapeutische sessies vergaren, maar als je niet weet waarom, dan ga je te lang door en op de verkeerde manier. Je weet niet op tijd te stoppen: je hebt geen focus.

Selectieve perceptie

Qua inschatting van de situatie gaat het meestal om selectieve perceptie – ik zie niet alles en interpreteer dingen niet adequaat.

Valkuil bij de keuze van een strategie is het vertrouwen op ervaringen uit het verleden, waardoor ik me niet optimaal afstem op de huidige  situatie. Aan de keuze van een strategie moet – naast de formulering van een helder doel en de loepzuivere inschatting van de omstandigheden – een creatieve fase voorafgaan waarin verschillende opties gegenereerd worden.

Daarnaast kan het zijn dat ik de impact en bijwerkingen van mijn strategie niet onder ogen wil zien en dat die meer schade gaan aanrichten dan dat ik vooruitgang en winst kan boeken.

Gevoelens ontstaan op grond van een (selectieve) waarneming en een daardoor (gekleurde) interpretatie. Hoewel ze erop aandringen uit-gereageerd te worden, kunnen ze beter niet als leidraad voor keuzes en het handelen genomen worden. Beter kun je eerst hun basis kritisch onderzoeken en op je doelen en waarden reflecteren.
En, impulsen, keuzes, rollen en gedragingen kunnen tegenwoordig toch gemanaged worden? Dat wil zeggen dat je kunt leren om ze te controleren en te beheersen…

 

 

Angst

Angst

Angst

Op dit moment wordt de mensheid geconfronteerd met de twee oerangsten die iedereen wel kent: de angst voor geweld, oorlog en terrorisme en de angst voor een fatale ziekte

Bang

Twee dingen worden duidelijk als we angstig zijn. We zijn bang als we:
– tegenover iets onbekends komen te staan
– de gevolgen van een situatie maar al te goed kennen.

Veranderen of wegnemen van de angst betekent dus een enerzijds proberen zicht te krijgen op de situatie en anderzijds proberen de oorzaken van de angst te voorzien.

Angst is de mens aangeboren. He lichaam heeft zelfs een aantal reflexen waarmee het op gevaren reageert. De angst komt instinctief en reflexmatig uit het fysieke leven naar boven.

Er zijn ook psychische angsten. Daarbij zegt ons verstand dat we niet bang hoeven te zijn, maar we merken dat we dat toch zijn. We ontdekken – soms tot onze schande – dat ons lichaam gevoelens van angst hebben die spontaan en automatisch optreden. Zoals bijvoorbeeld indien je op het punt staat een lezing te houden.

Rol angst

Wanneer we de rol van angst in de verschillende leeftijdsfasen van de mens bezien, dan kunnen w zeggen dat deze drie gebieden doorloopt.

Bij een klein kind overheerst de lichamelijke angst. De angst om gescheiden te worden, waarbij de bescherming en geborgenheid verloren gaan. De afsnoering kan gemakkelijk opgelost worden door lichamelijke geborgenheid te geven en het kind te omarmen en te troosten.

In een later fase wordt de geborgenheid ook psychisch ervaren en is het kind ook gebaat met een geruststellende blik en het bijzijn van de moeder.

In de derde fase – vaak in het 3e en 4e jaar van het kind – is he tin staat om met behulp van het denken te begrijpen dat moeder echt terugkomt als ze zegt dat ze weggaat. Het kind begrijpt dat het niet bang hoeft te zijn, zeker als er ook nog iemand oppast.

Psychisch

Een schoolgaand kind heeft het nodig om psychisch aangesproken te worden. het heeft bij angst vooral behoefte aan een troostend en bemoedigend woord. Daarbij komt het niet zozeer op de inhoud aan als wel op de toon. Op de genegenheid, warmte en zekerheid in de woorden van de moeder, vader, volwassene.

Vanaf een jaar of veertien is dit ook niet meer genoeg. Ze hebben een verklaring nodig als z bang zijn. Een verstandelijke uitleg, zekerheid en bewustwording.

Dit ritme wordt voortgezet tijdens het hele leven van opgroeiende kinderen. Ze genieten van de huiselijke en lichamelijke geborgenheid. Ze genieten dat ze materieel en lichamelijk gesteund  en verzorgd worden.

Overwinnen

Dat wordt minder als de jeugd voorbij is. De lichamelijke angst dat ze niet voor zichzelf kunnen zorgen voor eten, drinken, huisvesting en kleding is verdwenen. In plaats daarvan treedt een psychisch overwinnen van angsten en conflicten op de voorgrond. Er zijn hele andere soorten angsten en problemen.

Die angsten liggen meer op het gebied van de interactie met anderen. Angst voor ontmoetingen, om te falen, voor een examen, voor een relatie. Kortom, angst voor het vormgeven van het eigen leven. Tegelijkertijd is er ook de wens om deze angsten te overwinnen en zekerheid te verkrijgen op psychisch en relationeel gebied.

Nieuwe problemen

Is de psychische zekerheid in het dagelijkse leven eenmaal verworven – door een vaste relatie en door werk – dan duiken er geheid weer andere problemen op. Vaak is dat een schokkende gebeurtenis, een plotselinge ziekte, de dood van een dierbare.

In het latere deel van het leven is er vaak meer aandacht voor de zekerheden van het leven en het bewustzijn dat de dood onherroepelijk nabij komt. Blijft dat ook op hoge leeftijd we nog altijd behoefte hebben aan lichamelijke contact, een arm troostend om zich heen te voelen, een liefdevol woord op het juiste moment.

Het kwaad

Op de vraag naar de grootste angst is het antwoord vaak: “Voor het kwaad”. De angst voor verwoesting, vernietiging, destructie is groot. De vraag is evenwel ook dit niet ook iets goeds kan teweegbrengen. De leefruimte op aarde is helaas beperkt en een voorwaarde voor het ontstaan van nieuw leven is de het afsterven van het oude leven.

De hele natuur is in wezen een cyclus van ontstaan, groei, stabiliteit, neergang en vernietiging. Het kwaad van de vernietiging heeft daarmee net zoveel bestaansrecht als het goede van het ontstaan, opbouwende, groeiende…Het is de basis van het omvormende proces en levert grondstof voor het nieuwe, levende proces.

Sjiwah en Christus

In het oerverleden van onze culturele ontwikkeling – met name in de oer-Indiase cultuur – was er een rijk geschakeerde godenwereld waarboven de drie-eenheid van Brahma-Visjnoe-Sjiwah troonde. Brahma is de schepper, Visjnoe de bewaarder / onderhouder van structuur en veiligheid en Sjiwah de god van de vernietiging. Gedrieën verzorgden zij het economische leven en dat ging altijd gepaard met vernietiging. Zij vertegenwoordigden in feite een doorlopend proces, een gesloten cirkel waarbij het oude moest sterven zodat het nieuwe kon ontstaan. 

In de christelijke cultuur is Christus de grote ‘Verwandelaar’, de omvormer die door de dood en de opstanding ging. Hij hielp de mens anders in de tijdstroom te staan. Door een dubbel-bewustzijn te initiëren van de ‘Zeitwende’, aangevend dat we ons steeds dienen te wenden van het verleden naar de toekomst en andersom, van de toekomst naar het verleden. Terwille van de dialoog tussen verleden en toekomst. Daar, in het midden, ligt de weg naar de toekomst, hier en daar fel verlicht door onze angsten…