+31(0) 6 53 24 78 44 info@denhoed-co.nl
Wetenschap is geloof

Wetenschap is geloof

Dat wetenschap niet te rijmen zou zijn met geloof, is klinkklare onzin. Wetenschap zélf is een geloof, het geloof in causaliteit. Sinds de Schotse filosoof Hume namelijk, weten we al dat causaliteit radicaal onbewijsbaar is. Het is niet omdat fenomeen B telkens na fenomeen A verschijnt, dat daaruit noodzakelijkerwijze moet volgen dat A de oorzaak is van B. Dat is iets wat we aan die relatie zelf toedichten, meer niet. Na regen komt immers niet altijd zonneschijn?

Probleem

Het probleem is echter ernstiger dan dat. Als causaliteit inderdaad onbewijsbaar is, dan geldt dat voor alles, theorieën over causaliteit incluis. Als Hume namelijk gelijk heeft, dan kunnen we niet enkel niet bewijzen dat causaliteit zou bestaan, maar kunnen we zelfs niet bewijzen dat onze theorieën over causaliteit de werkelijkheid echt dekken. Dat is onze condition humaine: radicale onzekerheid en totale onwetendheid.

De Wetenschap

De moderne mens heeft in de 17e eeuw in haar arrogantie het idee opgevat dat de Wetenschap al die onzekerheden kan opheffen en wegwerken. We schoffelen het Humeaanse probleem even onder het tapijt en komen zo uit bij onbetwistbaar zekere waarheden en wetmatigheden. Die zijn exact en gelden voor de eeuwigheid. Het leven, dat wordt volledig biologisch uitgelegd en de dood, tja… niet. Dat is metafysica, en dat is niet wetenschappelijk.

Wetenschapsfilosofen als Schumpeter en Popper hebben nog meer kolen op het vuur. gegooid De hele Wetenschap met haar favoriete theorieën berust op geloven. Alleen als er een overduidelijk en overweldigend bewijs is dat het tegendeel waar kan zijn, kantelt een theorie. Het meest bekende voorbeeld uit de oudheid is wellicht Galileo. Iedereen geloofde destijds  – op last van Rome – dat de aarde plat was en het centrum van de wereld. Galileo werd in eerste instantie verbannen omdat hij stelde dat de aarde rond was, om de zon draaide en niet het centrum van de wereld was…

Echte vragen

Wetenschap is een onderzoeksgebeuren met soms heel strikte denk- en handelingsmethoden. Daarbij, geheel afhankelijk van de herkomst in plaats en tijd van de verzamelde gegevens en een eventueel gebruik van A.I., levert het bijna altijd een bias op. Een bias die niet echt geruststellend is en zekerheid geeft bij het bepalen van de toekomst of van succes bij een bepaalde keuze. 

De hele premisse waarmee hooggeleerden aan Wetenschap doen en zaken bestuderen, is niet wetenschappelijk. Kom mij dus niet lastig vallen met uw geloof in bepaalde theorieën en zeker niet in causaliteit. Het is nuttig, …voor materiële zaken. Een koe kun je inderdaad met een Haags Hopje opheffen, als de hefboom maar lang genoeg is. Maar op de echte vragen in het leven – “Waar gaat deze hele zwik heen, en wat is mijn rol daarin?” – heeft de Wetenschap geen antwoord.

Er zijn natuurlijk deterministen, die geloven (evenwel niet kunnen bewijzen) dat zulke vragen zinloos zijn. Dat elke gedachte, elke actie, zelfs het blote feit dat jij hier nu dit leest, geheel van te voren bepaald is. Opnieuw is dat niets meer dan een geloof. Determinisme, wanneer consistent toegepast, eindigt altijd in een oneindige regressie van oorzaken. Het zijn arrogante zeker-zijn denkers die vanzelf zullen uitkomen bij de impotentie – de zinloosheid – van hun eigen denken. Er is geen ontsnappen aan: wie doet alsof de basis van zijn denken geen enkel element van geloof bevat, gelooft tenminste dat.

Denken is impotent

Niet dat het denken van Hume en andere filosofen beter is. Alle denken is in wezen impotent. Het hele punt is dat de boel zo radicaal onzeker is, dat je verplicht wordt om te kiezen uit niets meer dan onbewijsbare speculaties. Pas dan kan het denken beginnen, als een soort creatieve beslommering of afleiding van wat impliciet al in het geloof vervat zat.

Nieuwe wijsheid?

Nieuwe wijsheid? Neen. Het bovenstaande is gewone, nuchtere, oude wijsheid. Van voor de tijd dat de Wetenschap een godsdienst op zich werd. Zo gezien zijn we er nu een stuk armer op geworden. We kunnen tegenwoordig alles verklaren, maar niets heeft nog echt zin.

Steeds meer mensen zoeken hun heil in de klassieke kijk op de wereld: één organisch geheel, waarin de mens zijn plaats moet zien te vinden. Het navigeren in zo’n wereld, de juiste keuzes proberen te maken – zeker bij belangrijke zaken als een partner, een huis, een baan, een carrière – zou dan horen te geschieden op basis van humaine gronden zoals gevoel, emoties, intuïtie, gut feeling, en in stringente gevallen op angsten en instincten…

 

Tools for Conviviality

Tools for Conviviality

Ieder hulpmiddel die we als mens verzinnen om ons leven beter, goedkoper, makkelijker te maken, kan ons leven in vergaande mate gaan bepalen. Het daaruit voortkomende gemak maakt ons afhankelijk en vaak ‘gevangen’ en ‘onmachtig om op onze schreden terug te keren’…
(bron: Ivan Illic

Een ploeg

Gereedschap neemt mensen eerder over dan ze verwachten: “de ploeg maakt de mens de heer van zijn tuin, maar ook een vluchteling van de woestenij”. (Illich)

Een ploeg verandert de verhouding van mensen tot land dat eerder niet te bewerken viel. Voordat ze de ploeg hadden, leerden mensen ook in die woestenij te overleven. Of trokken ze verder, of stierven ze, of plantten ze zich minder voort. Een lot dat misschien niet te verkiezen viel.

Maar wie eenmaal een ploeg heeft, wordt afhankelijk van die ploeg en moet dus… de grond om gaan ploegen. Al snel is het geen vrijwillig hulpmiddel meer, maar een stuk gereedschap dat je móét gebruiken om mee te kunnen blijven draaien.

Onderwijs

De ploeg is dan nog een eenvoudig voorbeeld. Neem een complexere tool: het onderwijs. Net als de ploeg bracht onderwijs enorme vooruitgang, maar inmiddels betekent dat ook dat je niet meer zonder formele educatie kunt.

En als gevolg daarvan wordt het dus ook moeilijk om nog een goed leven te hebben als je geen diploma’s hebt. Je moet wel geschoold worden. En die scholing, die geeft mensen het gevoel dat hun eigen gedachten niet goed genoeg zijn. Het maakt ze afhankelijk en afwachtend. En daardoor gáán ze minder zelf nadenken.

Controle

‘Een stuk gereedschap’, zegt Illich, ‘kan uitgroeien tot iets waarover de mens geen controle meer heeft. Eerst wordt het de mens meester, vervolgens zijn beul’. Illich laat je beseffen hoe dit echt voor alles opgaat. Zelfs voor zulke vanzelfsprekend lijkende ‘uitvindingen’ als de gezondheidszorg.

‘Tools for conviviality’: dat zijn – in de meest simpele benadering – stukken ‘gereedschap’ die mensen zelf samen met elkaar kunnen maken en onderhouden en repareren en doorontwikkelen.

In plaats dat we afhankelijk worden van peperdure machines die alleen een enkeling, of iemand die je helemaal niet kent, nog weet te bedienen. En van bureaucratische instituten waar je geen grip meer op hebt, of waarin je verdwaalt.

Preventie

De gedachtelijn van Illich volgen betekent niet dat je als politicus of andere leider geavanceerde kankerbehandelingen nu maar moet afschaffen, maar het kan bijvoorbeeld wel betekenen dat je meer oog krijgt voor preventie, gewoon omdat dat een zoveel toegankelijker en meer ‘conviviale’ manier is om mensen gezond te houden.

Het betekent niet dat je elkaar niet zou moeten willen opleiden, maar het laat je wel vragen stellen bij de logge, bureaucratische leerfabrieken van nu. Het helpt het lerarentekort in het onderwijs verklaren op een diep-menselijk niveau: op de manier waarop we het nu organiseren willen de meeste volwassenen gewoon geen kennis overdragen aan kinderen.

Een simpeler bestaan

Dit boek laat je overtuigd kiezen voor een simpeler bestaan (en daarvan wordt je leven… simpeler). De tools die we verzinnen overmannen ons dus snel. Maar dat hóéft niet te gebeuren. Er zijn ook instrumenten die juist het beste uit onszelf halen. Wat als we die vooral zouden omarmen?

Illich lijkt door de decennia heen alleen maar meer gelijk te hebben gekregen. Binnen de lijntjes blijven rijden, remmen voor een voorligger: uw Tesla doet het voor u. Mag u het straks zelf nog wel?

Nut en noodzaak van geïnstitutionaliseerde wetenschap

Ivan Illich is per definitie kritisch op institutionalisering. Van alles, van onderwijs, van gezondheidszorg, van wetenschap.

‘De term [wetenschap] staat inmiddels eerder voor een instituut dan een persoonlijke activiteit, het oplossen van puzzels meer dan het onvoorspelbare creatieve handelen van individuen’, schrijft Illich bijvoorbeeld.

Vervolgens komt hij terug bij het overmeesterd raken door nog weer een hulpmiddel, waarvan mensen dachten dat ze er meester over waren: ‘Het institutionaliseren van kennis […] maakt mensen afhankelijk van kennis die voor hen wordt geproduceerd. Het verlamt de morele en politieke verbeelding.’

Wie zegt ‘de wetenschap zegt dat’ – of nog erger ‘dicteert’ – moet echt Ivan Illich lezen, om zich van die zelfgijzeling te bevrijden.

Managersfascisme

Managersfascisme, zo noemt Illich de toekomst waarin we, uit angst voor een ecologische apocalyps (de zorgen daarover speelden in 1973 net zozeer als nu) bureaucraten gaan laten bepalen welke economische groei nog acceptabel is, om de maximale industriële output te organiseren waaraan de planeet net niet ten onder gaat.

Illich beschrijft de slechtst mogelijke wereld die dan volgt: mensen die tot willoze slaaf worden gemaakt door en voor dit systeem, dat ons zou moeten dienen.

Liever wat meer zelfbeschikking? Het hele laatste deel van Tools for Conviviality gaat hierover. Hoe je juridisch en politiek de voorwaarden creëert om mensen zelf weer meer de kans te geven om zichzelf en hun tools naar eigen inzicht te ontwikkelen.

Wensen

Wat als blijkt dat het niet de grootste wens van mensen is om zo veel mogelijk te kopen en zo snel mogelijk op hun werk te komen?  En als dat feit – dat we meer zijn dan een consument en slaaf van onze tools – eens weer duidelijk zichtbaar wordt gemaakt door een politieke partij?

Wat als het idee dat technologische vooruitgang noodzakelijk en onontkoombaar is zou worden losgelaten in onze wetgeving en rechtspraak? Wat zou er dan overblijven van de dividendbelasting? Van belastingontwijking door megabedrijven? Van onderwijs, van de auto?

Gereedschapskist

Tools for Conviviality is een gereedschapskist om een radicaal ander soort toekomst mee te bouwen, juist omdat de vanzelfsprekendheid van complexe technologische vooruitgang en eindeloze economische groei wordt betwist.

Het verschil wordt op een lager niveau gemaakt. Het gebeurt op zolders waar mensen zitten te knutselen, en waar nieuwe dingen worden ontwikkeld en uitgeprobeerd. Het gebeurt in garages of lege kantoorpanden waar de nieuwe start-ups ontstaan. Het gebeurt daar waar mensen succesvol hun rijke verenigingsleven buiten de bbp-economie draaien zonder dat het journaal erover bericht…

Wetenschapsfilosofie

Wetenschapsfilosofie

De wetenschap doet aannamen over hoe de wereld is, en hoe theorie zich verhoudt tot de werkelijkheid. De wetenschapsfilosofie is een discipline van de filosofie die zich bezighoudt met het kritisch onderzoek naar de vooronderstellingen, de methoden en de resultaten van de wetenschappen. Daarbij rekent ze behalve de natuurwetenschappen bijvoorbeeld ook de sociale wetenschappen, de psychologie en de economie tot haar studiegebied.

Twee taken

Wetenschapsfilosofie heeft zowel een normatieve als een descriptieve taak. De eerste leidt tot de eis van filosofische of epistemologische adequaatheid, dat een wetenschapstheorie overeenkomt met filosofische ideeën. De tweede tot de eis van historische adequaatheid, namelijk dat de beschrijving overeenkomt met hoe wetenschap werkelijk bedreven wordt. Thomas Kuhn maakte in The Structure of Scientific Revolutions duidelijk dat de nadruk van de eerste taak verschoof naar de tweede.

Kenmerken

Er wordt in de wetenschapsfilosofie onderscheid gemaakt naar de volgende vier kenmerken:

  • hoe of wat is het (in zichzelf)? – ontologische kenmerken;
  • hoe is het te kennen? – epistemologische kenmerken;
  • hoe is het te onderzoeken? – methodologische kenmerken;
  • hoe beïnvloeden het onderzoek, onderzoeker en de omgeving elkaar? – sociaal-filosofische kenmerken;
  • hoe wordt de wereld vanuit kennis ervaren? – empirische kenmerken.

De wetenschapsfilosofie vandaag de dag is nauw verwant met de ontologie en de epistemologie. Het poogt om tot een beschrijving te geraken over zaken als:

  • het karakter van wetenschappelijke uitspraken en concepten;
  • de wijze waarop ze worden ontwikkeld;
  • hoe de wetenschap de natuur verklaart, voorspelt en beïnvloedt;
  • methoden om de juistheid van informatie te bepalen;
  • de beschrijving en de toepassing van de wetenschappelijke methode;
  • de wijze van redeneren om tot gevolgtrekkingen te komen;
  • en de implicaties van wetenschappelijke methoden en modellen voor wetenschap en voor de maatschappij als geheel.

Filosofie

Elke wetenschap heeft een onderliggende filosofie, ook al wordt over het tegendeel beweerd. In de woorden van Daniel Dennett: “Filosofie-vrije wetenschap bestaat niet; er is hooguit wetenschap waarvan de filosofische bagage zonder verdere, nadere inspectie aan boord wordt gehesen”. De bekende natuurkundige Richard Feynman zei ooit: “Wetenschapsfilosofie is ongeveer even nuttig voor wetenschappers als ornithologie voor vogels.”

Empirisme

Een belangrijke plaats in de wetenschapsfilosofie wordt ingenomen door het empirisme, ofwel de opvatting dat kennis is afgeleid van hoe de wereld ervaren wordt. Wetenschappelijke uitspraken zijn onderworpen aan en afgeleid van onze ervaring of waarnemingen. Wetenschappelijke theorieën worden ontwikkeld en getoetst door experimenten en waarnemingen, via empirische methoden. Zodra deze waarnemingen in voldoende mate herhaalbaar blijken, geldt deze informatie als wetenschappelijk bewijs, waar de wetenschappelijke gemeenschap haar verklaringen voor de werking der dingen op baseert. Waarnemingen zijn echter ook cognitieve handelingen. Dat wil zeggen dat er een interactie is tussen wat wij waarnemen en ons begrip van de structuur van de wereld; als dit begrip van de werkelijkheid verandert, wordt schijnbaar ook iets anders waargenomen. Wetenschappers proberen waarnemingen in een samenhangende, consistente structuur onder te brengen door middel van inductie, deductie en quasi-empirische methodes en door gebruik te maken van essentiële conceptuele metaforen.

Wetenschappelijke onfeilbaarheid

Een kritische vraag in de wetenschap is, in hoeverre de huidige wetenschappelijke kennis een indicator is van wat werkelijk De Waarheid is ten aanzien van de fysieke wereld waarin we leven. De acceptatie van wetenschappelijke kennis als de absolute en onbetwijfelbare Waarheid (zoals in de theologie of ideologie) wordt sciëntisme genoemd. Lang niet iedereen meent dat wetenschap onfeilbaar is, en dat geldt zowel voor de wetenschappers zelf als voor leken. Wetenschap kan derhalve dus lang niet altijd een doorslaggevende rol spelen in het proces van besluitvorming door consensus waarin personen van allerlei morele en ethische standpunten tot overeenstemming proberen te komen over ‘wat de werkelijkheid is’. Met andere woorden, wetenschap kan niet de belangrijke scheidsrechter voor discussies zijn die sommigen graag zien. Wetenschap is soms partij, zoals de debatten over intelligent design, de opwarming van de aarde, kernenergie, nanotechnologie of homeopathie laten zien.

De wetenschappelijke methode

Paul Feyerabend beargumenteerde dat het onmogelijk is om met één beschrijving van de wetenschappelijke methode alle methoden en benaderingen van wetenschappers te omvatten. Feyerabend had bezwaren tegen het voorschrijven van een bepaalde wetenschappelijke methode, omdat elke methode leidt tot een belemmering en verkramping van het wetenschappelijk proces. Feyerabend stelde dat het enige principe dat de vooruitgang niet tegenhoudt is: “anything goes”.

Karl Popper benadrukte het belang van een kritische houding van wetenschappers en een daaraan gerelateerde kritische methode. Juist de dominante theorieën zouden aangepakt en tegen het licht gehouden moeten worden. Thomas Kuhn daarentegen dacht dat het voor de gewone wetenschapper volstaat om gebruik te maken van bestaande theorieën. Hij vond dat vooral deze verder ontwikkeld moesten worden en vooralsnog verdedigd dienden te worden. Beide waren zo overtuigd van hun gelijk dat zij de truc gemist hebben. De truc om wetenschap op groepsniveau te beschouwen. Door dat te doen merk je dat puzzels oplossen en een offensieve kritische houding prima en simultaan kunnen samengaan in de wetenschap. De kritieke vraag wordt dan: Hoe kun je de brug tussen deze twee slaan?”.

Feministische Filosofie

Volgens de feministische filosofie zou de wetenschappelijke methode niet gender-neutraal zijn. De methode is volgens feministen erg mannelijk van aard, vanwege de nadruk op rationaliteit, zakelijkheid en objectiviteit en het gebrek aan betrokkenheid. Gepleit werd voor nieuwe methoden – met name in de sociale wetenschappen – met minder aandacht voor individuele vragenlijsten, en meer voor onderzoekende vraaggesprekken, groepsdiscussies en een directe betrokkenheid.

Delen en het geheel

Delen en het geheel

Iedereen beleeft de wereld anders en niemand ziet het geheel. Elk mens benadrukt een bepaald aspect van het leven. Deze verdeeldheid zit besloten in onze werkwoorden: denken, accepteren, begrijpen, constateren, waarnemen, fantaseren, geloven, voelen, werken, willen, etc.

Vragen

Deze werkwoorden sluiten elkaar vaak uit: denken versus geloven, willen versus accepteren, rekenen versus beredeneren. De tegenstelling tussen de werkwoorden hebben en zijn, zien we in de tegengestelde uitspraken ‘ik heb een verstand’ en ‘wij zijn ons brein’. Laat ik eens beginnen met wat vragen voordat we beginnen met antwoorden.

Stel dat alle werkwoorden behoren tot de essentie van het universum met al z’n activiteiten. Simpelweg omdat we het erover eens zijn dat deze activiteiten bestaan. En stel vervolgens dat er een reden moet zijn waarom deze activiteiten bestaan. Dat klinkt mooi maar er ontstaan nu direct vragen zoals: “Wat is de reden van het lijden?” of “Hoe moeten we dromen begrijpen in relatie tot bewijzen?”.

Antwoorden

Als antwoord op deze vragen zeggen we dat we niet alles kunnen begrijpen en niet het vermogen bezitten om objectief een systeem aan te brengen in onze werkwoorden. Waarnemen heeft evenveel waarde als denken, geloven is net zo krachtig als bewijzen en de gave van fantaseren is even waardevol om tot de essentie te komen als falsificeren.

Alle werkwoorden moeten we daarmee beschouwen als methoden  waarmee we een bepaald aspect van de essentie van het universum beleven. Het werkwoord ‘geloven’ geven we handen en voeten met de methode van de religie, het werkwoord ‘zijn’ is het werkterrein van de spiritualiteit, het ‘denken’ is verbonden met de filosofie en de werkwoorden ‘waarnemen’ en ‘constateren’ vormen het vertrekpunt in de wetenschap.

Essentie onthullen

De religie, de wetenschap, de filosofie en spiritualiteit zijn methoden die de essentie onthullen en omdat ze vanuit verschillende invalshoeken de essentie benaderen, kunnen ze ook naast elkaar bestaan zonder dat ze elkaar uitsluiten. Elke methode heeft haar kracht maar ook haar beperkingen en bij elkaar beschouwen we ze als wegwijzers voor de essentie.

Als we een aantal waarheidsperspectieven bekijken, dan valt het volgende op. Elk mens heeft wel een favoriete methode en sommige mensen zijn er heilig van overtuigd dat hun methode de enige ware en enige juiste is. Zulke voorkeuren zien we ook door de tijd in samenlevingen.

Eeuwenlang bezat de Kerk het monopoly op Gods woord. In het klassieke Griekenland bepaalden de filosofische scholen de moraal en tegenwoordig hechten veel mensen waarde aan de wetenschap en het principe van keuzevrijheid alhoewel de verhalen, mythen en  sagen een comeback maken met de complottheorieën.

We agree to disagree

Grosso modo behouden alle methoden hun waarde met als gevolg dat een wereldwijd conclaaf niet verder zal komen dan een uitwisseling van meningsverschillen. De slotverklaring zal klinken als: “We agree to disagree”.

Maar waarom zijn we het niet met elkaar eens terwijl we eigenlijk allemaal naar hetzelfde kijken? We leven allemaal op aarde, we bestaan allemaal uit dezelfde moleculen, we hebben allemaal dromen, gevoelens, gedachten, fantasieën, verlangens en … we gaan allemaal dood.

En toch beleven we de wereld verschillend. De één zal, staande aan het strand en hoge golven waarnemend, bedenken dat hij geen echt goede zwemmer is en besluiten: “ik ga nu niet zwemmen, het is mij te gevaarlijk”. Terwijl de fervente surfer in de hoogste staat van opwinding op zijn board de zee induikt om op de grootste golven te gaan surfen…

We zien slechts delen

We zijn in wezen allemaal hetzelfde, maar we zien en ervaren de wereld verschillend. Op de één of andere manier verdeelt ons dat ook. Dat doet denken aan de parabel van ‘De blinde mannen en de olifant’.

De moraal is dat we slechts een gedeelte van de werkelijkheid ervaren en dat onze methoden ons verblinden voor het grote plaatje. Maar als we onderkennen dat elke methode ons beperkt en als we onszelf de ruimte geven om de wereld vanuit andere, verschillende perspectieven te bekijken, dan zien we de stukjes van een samenhangend geheel.

 

Intelligentie

Intelligentie

Dit is de tijd om diepere dimensies van het leven te onderzoeken. Er is daar het fysieke lichaam en het mentale lichaam. Ons brein hoort volgens de yoga traditie tot het fysieke deel en intelligentie tot het mentale deel. Als mensen hebben we een intelligentie, een cerebrale faculteit en vermogen, die we nog niet goed en volledig weten te hanteren.

Vier dimensies

In de yoga-traditie worden vier verschillende dimensies van menselijke Intelligentie onderscheiden.

  1. Intellect is één dimensie. Het is de messcherpe faculteit waarmee problemen opengesneden en ontleed kunnen worden.
  2. Het lijkt er soms op alsof het intellect zich nu tegen de mens keert. En dat heeft te maken met een gebrekkige identiteit. Dat is de tweede dimensie van intelligentie. Het is ook de dimensie waarmee het intellect zich identificeert.
  3. De derde dimensie van intelligentie brengt jou bij jouw ervaringen, het is een hele grote silo met jouw geheugen. Een ware geheugenbank die de typische vorm van jouw lichaam bepaalt, en eentje die speelt bij al jouw acties.
  4. De vierde vorm is een intelligentie die geen geheugen kent. Geheugen betekent immers grenzen. Wat ik weet is, heeft een grens. Wat ik niet weet, is grenzeloos. Deze intelligentie kent grenzeloze mogelijkheden. Wat we in het moderne onderwijs niet goed begrepen hebben, is de kracht van onwetenheid.

Intellect

Het intellect werkt als een tweesnijdend zwaard, het kan alleen maar ontleden. De kern en kracht van het intellect is om zaken open te snijden. Afhankelijk van hoe ontwikkeld en scherp het intellect is, worden zaken diepgaand ontleed. Hoe scherper jouw intellect is, hoe meer je de wereld ontleed.

Het is juist deze dimensie die men scherp wil hebben. Iedereen wil toch een messcherpe intelligentie hebben? Om te ontleden werkt het intellect prima, maar om het voor alles te gebruiken, dat werkt helaas niet. Het is eigenlijk enkel en alleen te gebruiken voor de materiële en fysieke zaken in het leven.

Je kunt iets leren kennen door het te ontleden, maar de echte wereld leer je er niet door. Het leven zeker niet. Helaas zitten tegenwoordig de hoofden van mensen vol gedachten – een diarree aan gedachten – over hoe de wereld en het leven in elkaar zitten. Maar de reële wereld en het echte leven kennen ze niet.

Je zult een medemens ook niet echt leren kennen door deze open te snijden en te ontleden. Maar als een dokter een bepaald aspect van jou wil onderzoeken, dan moet hij wel een stukje van jouw lichaam hebben en ontleden om te zien wat er aan de hand is.

Denken

Omdat we bestaan, kunnen we denken. Maar omdat we de controle over het denken verloren hebben, denken we dat het alles is. Te meer omdat het denken zich mengt in en met alles in het leven waar het in wezen niets te zoeken heeft.

Het denken heeft in het leven de overhand genomen. En de pure natuur van gedachten is zo, dat deze logisch moeten zijn. Maar, wat logisch is voor de één, hoeft niet logisch te zijn voor de ander. En juist om zaken bij elkaar te brengen, te hechten en tot een eenheid te brengen, gaat logica niet echt werken. Omdat je in feite met jouw denken, met jouw messcherpe intellect – een ontleed-mes hanteert om mee te hechten. Dat wordt een puinhoop…

Identiteit

Op dit moment lijkt het er op alsof het intellect zich tegen de mens keert. En dat heeft te maken met een gebrekkige identiteit. Dat is de tweede dimensie van intelligentie. In de moderne wereld leren we onze kinderen niet echt om hun identiteit te cultiveren. De fundamentele en eerste identiteit is altijd jouw lichaam. Als je je daarmee identificeert, wordt de kleur van jouw huid ook belangrijk.

Waarom identificeren we ons met ons lichaam? Dat is omdat onze ervaring gelimiteerd is tot ons lichaam. En omdat we ons identificeren met ons lichaam, is een ander natuurlijk anders. Vanwege ras, gender, huidskleur, religie, opleiding, kleding, kapsel of wat dan ook. Hoe dan ook, we ervaren dat als: dit ben ik en dat ben jij.

Je identificeert je met iets. Jouw lichaam heeft daarmee geen probleem, maar jouw identiteit wel. In de Westerse wereld hebben we onze kinderen niet geleerd dat hun identiteit universeel dient te zijn. In de yoga-leer wordt traditioneel aan kinderen geleerd – voordat ze enige educatie krijgen – dat hun identiteit universeel is. Educatie wordt gezien als empowerment. En je moet niemand macht en kracht geven die een gelimiteerde identiteit heeft. Want die kan de harmonie vernietigen, gruwelijk dingen veroorzaken…

Kosmisch

In India leren de jongeren dat hun identiteit niet is met hun familie, hun vader en moeder, hun natie, hun ras of geloof. Maar hun identiteit is met de kosmos, niet global maar kosmisch. Want, als jouw identiteit niet verbonden is met welke beperking dan ook, dan heb je ook met niemand een probleem.

Het is ook zo dat als jij je identificeert met iets beperkts, jouw intellect er naar streeft jouw identiteit te beschermen. Het intellect gaat dan steken, snijden, ontleden. Dat kan een ander pijn doen – zeker als jij jouw intellect scherp en paraat hebt gehouden – omdat het intellect een snij-instrument is. Je kunt een ander verwonden met jouw woorden, gedachten, emoties of zelfs door jouw wijze van kijken. Daarom is het belangrijk – zeker als jongere – niet een beperkte identiteit te hebben. Identificeer jezelf – als de kosmos te groot is voor jou – met de planeet aarde want dat is de basis voor een verantwoordelijk leven.

Ervaring

Geheugen is de derde dimensie van intelligentie, eentje die jou brengt bij jouw ervaringen. Het betreft een levensgrote silo met geheugen. Het gehele lichaam draagt in zich het geheugen van alles wat er heeft plaatsgevonden en gebeurd is. We zijn wie we zijn, alleen door wat we ons herinneren via ons geheugen.

Er zijn acht vormen van geheugen: elementair, atomisch, evolutionair, twee soorten karmisch, zintuigelijk, het te articuleren geheugen en een niet-in-woorden-uit-te-drukken geheugen. Het karmische geheugen is een geheugenbank dat de uiteindelijke vorm van jouw lichaam bepaalt én eentje die in het dagelijkse leven speelt. Het gaat dan om jouw doen en laten, jouw acties.

Het niet-gearticuleerde geheugen – jouw inarticulate memory – is het geheugen wat niet in woorden is te vatten. Als je een stoel ziet, dan weet je dat je daarop moet gaan zitten en niet op de tafel die ernaast staat. Als je een glas ziet, weet je hoe je die moet vasthouden. Een trap oplopen, jouw geheugen, jouw lichaam weet hoe dat moet. Een inarticulate memory is constant in actie. Het inarticulate memory is enorm want veel dingen in het leven doe je nagenoeg automatisch terwijl deze best ingewikkeld zijn.

Het geheugen levert geweldige mogelijkheden maar ook een limitering en grenzen. Wat ik mij herinner en wat jij je herinnert, bevat een grens. Een bepaald type geheugen creëert patronen en patronen op hun beurt creëeren fysieke vormen.

Onwetenheid

De vierde dimensie is pure intelligentie. Het is een intelligentie die geen geheugen en geen grenzen kent. Ons geheugen kent grenzen. Kennis is altijd gebonden aan grenzen. Wat je niet weet is evenwel grenzeloos, het betekent ook: grenzeloze mogelijkheden. Het is de bron van creatie.

Omdat je niet weet hoe creaties werkelijk plaatsvinden, kom je in de regel af met verklaringen en uitleg. Sta eens stil bij één stukje creatie, zoals een bloem, een plant of een mier. Alles wat je ziet is fenomenale intelligentie, het gaat voorbij aan alles wat je maar kunt bedenken.

Wat we niet goed begrijpen, eigenlijk verkeerd verstaan, is de kracht van onwetenheid. Onze kennis, onze wetenschap, is altijd gebonden aan grenzen. In de yoga traditie willen we ons graag identificeren met onze onwetenheid, niet met onze kennis. Die onwetenheid heeft geen geheugen, het is pure intelligentie. Als je een appel eet, transformeert het in een mens. Dat krijg je niet voor elkaar met je hersenen.

Geheugen houdt grenzen in. Wat ik niet weet is grenzeloos. Kennis is altijd gebonden aan grenzen. Binnen de ontwikkeling van de technologie is juist die onwetenheid daar waar de mogelijkheden liggen.

De natuur heeft al millennia lang problemen effectief en efficiënt opgelost. Biomimicry – de kunst van het imiteren van de natuur om menselijke toepassingen uit te vinden – is wellicht dé weg voor de wetenschapper c.q. de technoloog. Of, hij / zij moet domweg iets proberen of iets doms doen. Per slot zijn vele uitvindingen zo ontstaan…

Relaties

Relaties

Het bespreken van de relatie is, zowel business wise als persoonlijk, vaak een issue. Vele denken daarbij dat relaties in de familiesfeer en liefdesrelaties ongeconditioneerd horen te zijn. Welnu, er zijn altijd condities, in welke relatie dan ook. Het gaat er om of de condities redelijk of onredelijk zijn. Maar, wat voor jou redelijk is, hoeft dat voor een ander niet zo te zijn. En wat een ander redelijk vindt, hoeft dat niet voor jou te zijn. Ergo, er komen fricties… 

Transacties

Eén ding dient duidelijk te zijn. Tussen mensen zijn er altijd transacties. Mensen komen bij elkaar vanuit verschillende behoeftes. Als je samen wil leren, vorm je een groep. Als je samen wilt werken, idem dito. Mensen komen bij elkaar omdat ze fysieke behoeftes hebben, psychologische behoeftes, emotionele, sociale, economische of financiële behoeftes, Of een combinatie van al deze behoeftes bij elkaar. Mensen komen dan bij elkaar voor transacties, transacties die iedereen heeft te doen als hij of zij wat wil van een ander. Op de verschillende niveaus en aspecten in het leven zijn er verschillende soorten transacties.

High-tech instrument

Liefde is zo’n behoefte. Maar wat wij liefde noemen, is een soort zalig-zoete emotie binnen in jou. Misschien ervaar jij de situatie zo, dat je zonder de hulp van een ander niet die zoetheid van jouw emoties kan triggeren. Nu denk je misschien dat alleen met een bepaalde persoon die zoetheid van jouw emoties er kunnen zijn. De vraag is – of het nu het liefde is of haat, boosheid of angst, plezier of pijn – gebeurt dat binnen in jou of buiten jou?

Als er iets gebeurt binnen in jou dat een externe push nodig heeft, dan betekent dat dat je eigenlijk een soort low-tech machine bent. In vroegere dagen, als je een auto had, dan had je twee mensen nodig om deze te starten. Maar tegenwoordig, zelfs in extreme kou, start een auto gewoon. Dat zou ook zo met jou moeten zijn. Jouw lichaam is in wezen een high-tech instrument. Is het dan nu niet tijd – in deze periode van sophisticated technologie, high-tech automatiseringen en internet – dat je er gewoon en liefdevol kunt zijn? Niet vanwege een ander. Wat houd je tegen om gewoon liefdevol te zijn? Als je jezelf kunt brengen naar een blijmoedige geest en een liefdevol hart, dan kun je de verschillende transacties aangaan op een sensitieve wijze en charmante manier. Dat geldt voor alle relaties. Liefde is daarvan maar één aspect en die zit in jou.

Duurzame relaties

Een relatie is een transactie. Er is altijd iemand anders betrokken. Dat houdt ook altijd een compromis in. Geen enkele relatie is perfect, nergens ter wereld. Het is een kwestie van geven en nemen. Als het jou lukt om de relatie voor 51% in jouw voordeel te krijgen, dan doe je het heel goed. Soms valt het percentage in het voordeel van de ander uit en dan duw je het weer voorzichtig jouw kant op. Zo gaan transacties heen en weer.

Maar iedere transactie is enkel en alleen duurzaam en blijvend, als het voordelig is voor beide partijen. Of het nu de business markt betreft, een vriendschap of een huwelijk, een transactie is alleen duurzaam als het voordelig is voor beide partijen. Dus je moet er zeker van zijn – ook als de ander niet competent is om er van te profiteren of je moet de ander pushen om te profiteren – je moet er zeker van zijn dat de ander profijt heeft. Dat geldt ook in de business. Als je een ander als klant wil behouden, dan zorg je ervoor dat die profijt heeft, zelfs als die er niet om vraagt. Alleen dan zal een relatie duurzaam zijn.

Human Emoties en Gedachten

Het moet duidelijk zijn dat er in een relatie ook deze twee dingen spelen. Dat zijn humane emoties en gedachten, die spelen binnen in jou. Als dat zo is, wil je die dan plezierig of onplezierig houden? Als je die plezierig houd, dan zijn jouw emoties zoet. Als jouw emoties zoet zijn, willen mensen dan bij jou zijn? Natuurlijk, en je hoeft niets te doen om ze bij jou te hebben. Als jij een wonderbaarlijk iemand bent, dan ben je aantrekkelijk en wil iedereen graag bij je zijn. Je hoeft geen enkele druk uit te oefenen om ze bij jou te hebben. Zo worden relaties eenvoudig, en de relaties werken vóór jou en niet tegen jou. Als jouw gedachten blijmoedig en jouw emoties zoet zijn, dan werken relaties altijd. Omdat de ander dat wil, die wil bij jou zijn. Dus… maak je zelf aantrekkelijk.

Relationele Aspecten

In menselijke relaties spelen altijd vijf aspecten die elk hun eigen dimensie hebben. Zo is er het fysieke aspect, het mentale, het emotionele, het spirituele en het energie aspect.

Het fysieke aspect noemen we gemakshalve seksualiteit. Ieder voor zich dient te bepalen wat hij / zij met het lichaam wil doen. Dat geldt al eeuwen zo. Het dient – zeker in liefdesrelaties -onderling besproken te worden. Het is een persoonlijk proces dat niet echt geschikt is voor een publiek debat.

Het mentale aspect noemen we eenvoudigweg hebzucht. Je probeert iets toe te voegen aan jezelf wat (nog) niet van jou is. Een natuurlijk humaan proces want iedereen wil groeien en iets toevoegen wat hem / haar in de beleving vollediger maakt. Het kan erin uitmonden dat we iets hartstochtelijk willen bezitten, in pure hebzucht. Waarbij sommigen er op uit trekken met geweren en anderen met hun checkbooks…

Het emotionele aspect noemen we meestal liefde, een love affair of genegenheid. Of we zeggen dat iemand een soft spot heeft bij ons. Hoe dan ook, er gebeurt iets in jou. De Engelse gezegde is treffend: “You fall in love”. Iets in jou moet wegvallen, anders werkt het immers niet…

Bij het spirituele aspect spreken we van een soulmate, muze, engel, gids of guru, maar denken we ook aan een symbool, een god, en deities. Er zijn daar vele namen voor bedacht omdat dit verlangen, deze behoefte, kennelijk vele facetten kent.

Bij het energie aspect komen we op het terrein van partners, duo’s, kameraden, teams. Hier gaat het niet zozeer om de hoeveelheid van energie, maar veeleer om de intensiteit van de energie en de aandacht. Het gaat dan om een bepaalde gelukzaligheid en extase die jij in jezelf ervaart.

Onderzoek  5 Aspecten

Het zal duidelijk zijn dat juist bij een serieus liefdespaar, deze vijf aspecten in de relatie bewust onderzocht, helder gecommuniceerd en – met het nodige sensitiviteit, respect en charme – onderhandeld dienen te worden. Regelmatig, en ieder vanuit de eigen optiek en behoeftes…